Drijfmest staat ter discussie. Piet Riemersma en Wim Jaspers van Beter Ruwvoer zien echter kansen om de drijfmest dusdanig te verbeteren dat het zich veel natuurlijker gaat gedragen op de bodem en de plant.

De temperatuursom is er en de bodemtemperatuur is hoog genoeg om drijfmest uit te rijden. Maar de draagkracht is nog lang niet overal toereikend. De vooruitzichten zijn echter gunstig.

In record tempo droogt het sneeuwlandschap van de afgelopen week op. Volgens ‘Weerboer van het Oosten’ Gerrit Vossers is begin volgende week een goed moment om grasland op zand te bemesten.

De temperatuursom ligt 40 graden onder het gemiddelde van alle gemeten jaren. Voorlopig hoeft de mest er nog niet op. Eurofins Agro ziet wel positieve effecten van het ijs op de bodemstructuur en van zogenoemde ‘natte depositie’ bij sneeuw.

Sinds een aantal jaren vermelden sommige laboratoria bij een uitgebreid gewasonderzoek de hoeveelheid borium op de gras- of maïsanalyse. Er is echter geen bewijs dat een laag aandeel borium in het ruwvoer problemen geeft voor melkvee.

Het sproeien van een krijtoplossing op de meststroken bij sleufkouterbemesting reduceert de ammoniakuitstoot met gemiddeld 28 procent.

Het jaar 2020 gaat de boeken in als heel droog, maar kende ook zware buien. Ondanks die buien bleef het neerslagtekort erg groot, zo blijkt uit cijfers van Weeronline. 2020 behoort tot de 5 procent droogste jaren.

Het plaatsspecifiek verdelen van de mest op een perceel is tot op heden in strijd met de bestaande wetgeving. Inmiddels wordt de wettekst aangepast en is precisiebemesting per 1 januari 2021 wettelijk toegestaan.

Leo en Thomas Broek uit Witharen (OV), Bert Vergeer uit Bodegraven (ZH) en Marinus en Floren de Vries uit Stolwijk (ZH), zijn de finalisten van Topkuil 2020. In deze video’s leggen ze uit hoe zij op het land te werk gaan.