Kees Bos is melkveehouder in Mensingeweer. Samen met beoogd opvolger Stefan melkt hij 100 koeien en heeft hij 35 hectare grond in gebruik. ‘We zijn vrij intensief en de grond is duur. Topopbrengsten moet ik halen, met snijmais maar ook zeker van gras.’

Lars Buiks boert samen met zijn ouders in maatschap op 70 hectare zandgrond in Rucphen. Ze melken ongeveer 135 koeien en maken al jaren geen gebruik meer van de derogatie. Wanneer ze een nieuwe weide inzaaien, voegen ze standaard klavers toe.

Na een inzaaiperiode van half april tot begin juli zorgt de maisoogst dit najaar voor vragen. Wanneer is de mais rijp, wordt de laat gezaaide nog wel rijp en hoe pak ik het hakselen aan? Teeltspecialist Antoon Verhoeven deelt zijn praktische tips.

In de samenwerking tussen veehouders en akkerbouwers valt veel te winnen, is de overtuiging van Zwier van der Vegte, verbonden aan proefbedrijf De Marke in het Gelderse Hengelo. De samenwerking draait om de teelt van gras én de afzet van mest in de regio.

Anders dan de vorige jaren zal de snijmaisoogst dit najaar heel gespreid verlopen. De eerste vroeg gezaaide percelen zijn rijp om te hakselen, terwijl laat gezaaide mais nog lang niet zover is. Veel maistelers hebben met beide te maken.

De mais staat er op de meeste percelen nog fris bij en de oogst is een stuk later dan we de laatste jaren gewend waren. Toch verloopt de afrijping vlot en worden de eerste percelen geoogst. Houd je mais dus goed in gaten en plan je loonwerker op tijd in.

Na een extreem nat voorjaar waarin zeer gespreid werd gezaaid staan veel percelen snijmais er nog frisgroen bij. Maar let op, de afrijping gaat door en kan verder gevorderd zijn dan het gewas doet vermoeden. We delen de actuele stand van de afrijping.

“Stoppen met de derogatie heeft voor ons, ondanks hogere mest-afzetkosten, alleen maar voordelen opgeleverd. We voeren 50% gras en 50% maïs in het rantsoen en we zien dat de ruwvoer- en eiwitbenutting flink verbeterd is.”

Door de afschaffing van de derogatie – en daaroverheen de aanwijzing van de NV-gebieden – neemt de stikstofgebruiksruimte af. Dit is deels op te vangen door gebruik te maken van stikstofbindende gewassen zoals klaver.

“In de buurt werken een aantal jonge akkerbouwers en veehouders goed samen. Aardappelen groeien bij de veehouder, in ruil teelt de akkerbouwer gras. We zaaien daarom regelmatig nieuw gras in. Die vruchtwisseling zie ik absoluut terug in de graskwaliteit.”