'Het verleden toont aan dat een boer vaker is gestraft voor het delen van data dan beloond'
Celik ziet het aantal programma’s dat boeren indirect beloond voor de geleverde data wel toenemen. In die gevallen krijgt de melkveehouder een premie of bonus van de verwerker voor het aanleveren van de data die bewijzen dat hij aan de voorschriften voldoet. De afnemer gebruikt de data van de melkveehouder voor het verwaarden van zijn product.
Waarde naar de boer
In de zuivelsector wordt enorm veel data gedeeld. „Het gebruik van nieuwe technieken en machines voor monitoring zorgt voor een toename van de hoeveelheid gedeelde data”, vertelt Celik. „Ik denk dat de waarde van die data steeds vaker terug gaat vloeien naar de boeren, al zal dat niet meteen vandaag of morgen gebeuren. Dat vraagt om een lange adem, maar het gaat gebeuren. Ik vind dat boeren sowieso iets voor de data terug moeten krijgen. Bijvoorbeeld een beter advies of een goedkopere dienstverlening.”
Delen of niet?
Celik constateert dat veel boeren vragen hebben bij het delen van data. „Afgaande op mijn gevoel vindt 20 procent van de boeren het prima om data te delen en zegt 80 procent van de boeren ‘er wordt al genoeg gedeeld ik ben er wel klaar mee’. Dat is niet zo vreemd. Het verleden toont namelijk aan dat een boer vaker is gestraft voor het delen van data dan beloond. Dat blijft wel hangen”, legt Celik uit. „Dat gebrek aan vertrouwen straalt uit op alles wat met data delen te maken heeft.”
Verdienen aan data
Op dit moment is het eigenlijk nog niet mogelijk een verdienmodel voor boeren te realiseren met de verkoop van data. „Ik denk wel dat door de steeds korter wordende ketens de waarde van de brondata (data van de boer) toeneemt. Als boeren zich daarop toeleggen en goed weten wat de waarde van hun data kan zijn, kunnen zij uiteindelijk ook een verdienmodel uit hun data halen”, aldus Celik. „Tot op heden worden de data veelal verwaard door de keten die de verwerking van het product voor zijn rekening neemt. Zij zijn in de positie gezamenlijke data uit de sector te verwaarden. Deze data helpen afnemers trends te ontdekken, rode draden te zien en ontwikkelingen te voorspellen. Een boer alleen kan (nog) niks verdienen met zijn data, alleen door onderdeel te worden van een breder programma waar meerdere boeren data delen, kan een boer geld verdienen met zijn data.”
Datakluis brengt geen oplossing
„Een boer produceert naast melk ook data. De eerste stap die boeren kunnen zetten, is grip krijgen op de eigen data, dat is de basis. Grip doordat de boeren weten met wie ze data delen en voor welk doel. Maar snel daarna volgen gemak en gewin. De veehouder moet er uiteindelijk ook echt beter van worden! Grip op data alleen is niet voldoende en zorgt voor een behoudende cultuur, terwijl we juist kunnen innoveren met de inzet van data en daarmee de sector robuuster maken. Tot op heden is het praten over datakluisjes een idee waarvan mensen denken dat het helpt om controle te houden over de eigen data. Maar een datakluisje is echt geen oplossing, een kluis belemmert juist het delen van data. Data op één plek vasthouden, is met de enorme hoeveelheden data en het feit de data vrijwel direct na het ontstaan gedeeld worden niet logisch en zeer kostbaar. Bovendien ben je in de toekomst altijd te laat met beslissingen als data eerst via een kluis gedeeld moeten worden. En als we geen data meer delen dan weten we één ding zeker dan gaan we als sector ook niet meer innoveren”, stelt Celik.
Celik zou dan ook graag zien dat alle boeren gebruik gaan maken van JoinData zodat er sprake is van goede afspraken en transparantie over het delen van data. Zodat alle partijen hier beter van worden. „We moeten ernaar toe dat boeren als producent van data meerwaarde terug krijgen voor hun data.”