Melkveehouderij onder plafond voor fosfaat en stikstof
Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) berekent aan het eind van ieder kwartaal de verwachte fosfaat- en stikstofexcretie van de Nederlandse veestapel aan de hand van gegevens over de omvang van de veestapel, productiegegevens en de samenstelling van krachtvoer en ruwvoer.
De nationale plafonds maken deel uit van de Europese derogatiebeschikking. Voor melkvee zijn de plafonds dit jaar vastgesteld op 73,6 miljoen kilo fosfaat en 286,5 miljoen kilo stikstof, waar de sector onder blijft. Bij overschrijding van de plafonds zal de minister van LNV maatregelen nemen om de mestproductie terug te dringen, zoals het verhogen van het afromingspercentage bij de overdracht van fosfaatrechten.
Ruw eiwit
De overheid heeft met de melkveesector afgesproken het ruwe-eiwitgehalte in het veevoer te verlagen om het stikstofprobleem aan te pakken. In 2025 mag dit gehalte niet hoger zijn dan 160 gram per kilo droge stof. Het CBS publiceert prognoses over dit gehalte om de voortgang te volgen.
Vanwege nat weer in het voorjaar van 2021 was het ruweiwitgehalte van het voer in 2022 met 161 gram per kilo droge stof lager dan normaal, en daarom was het in 2022 lager en wordt er verwacht dat het in 2023 hoger zal zijn. In het tweede en derde kwartaal bedroeg het ruweiwitgehalte 165 gram en in het vierde kwartaal 164 gram. Deelnemers aan de voerpilot Koe en Eiwit zien ook een stijging, maar blijven onder de streefwaarde van 160 gram ruw eiwit per kilo droge stof.
Landbouwminister Piet Adema roept de melkveesector op om zich te blijven richten op het doel voor 2025 en te leren van ervaringen, met name uit de voerpilot.
De definitieve cijfers worden naar verwachting eind juni 2024 beschikbaar.