RVO slaakt noodkreet: Regels nog steeds te complex
De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland ziet dat opeenvolgende regeringen wilden werken aan de maatschappelijke uitdagingen van deze tijd, met de klimaat-, landbouw- en economische transitie. Maar de wetten en regels die daarvoor zijn ingevoerd, zegt de dienst in haar ‘Stand van Zaken’-rapport, zijn samen zo complex dat ondernemers het overzicht verliezen. Daarnaast zijn er veel regelingen die met elkaar of met andere maatschappelijke doelen botsen. Dat zorgt niet alleen voor dat ondernemers het vertrouwen in de overheid verliezen, maar ze maken ook de uitvoering onnodig complex en arbeidsintensief.
Onbedoelde effecten
Een van de voorbeelden die de dienst noemt is het GLB. Dat bezorgt ondernemers een extra administratieve last, en daarnaast botsen de eco-regelingen en het ANLb met elkaar. „Probleem is dat die regelingen overlappen“, zegt een Groningse akkerbouwer in het rapport. „Daardoor is niet altijd duidelijk wat meetelt voor het ANLb en wat voor de eco-regeling. Je kunt voor beide regelingen niet dezelfde activiteiten opgeven. Laat je het collectief dan vallen om voor je eigen eco-premie te kiezen?“
RVO wijst ook op de onbedoelde effecten van regelingen. Ondernemers die bijvoorbeeld, aangespoord door innovatieregelingen, fors investeren in technische innovatie, moeten vervolgens intensiveren om die investeringen terug te verdienen. Dan heeft zo’n regeling wel een positief effect op innovatie, maar mogelijk een negatief effect op natuur en biodiversiteit.
Ruimte voor maatwerk en lagere regeldruk
De overheid en de politiek slagen er vaak niet in om hun beloften waar te maken, stelt RVO. Uitgesproken beloften zijn te vaak onhaalbaar. Aan de ene kant omdat RVO de capaciteit en uitvoeringskracht niet heeft om waar te maken wat Den Haag belooft, en aan de andere kant omdat de beschikbare regels vaak ontoereikend zijn om de gewekte verwachtingen en de beleidsdoelstellingen te halen.
RVO roept de regering daarom op om bij het ontwerp van toekomstige wetten en regelingen ook de uitvoerende instantie mee te laten denken over de haalbaarheid daarvan. Wetten mogen eenvoudiger, en de samenhang met al bestaande regelgeving moet in het oog worden gehouden. Ook zouden wetten zo ontworpen moeten worden dat er ruimte is voor maatwerk, zodat de menselijke maat in het oog wordt gehouden. En tenslotte mag de administratieve controledruk lager. Een groot deel van de complexiteit die ondernemers ervaren bestaat uit de administratieve druk die ze hebben omdat ze bewijslast moeten aandragen, stelt RVO. „Het spreekt voor zich dat wij zorgvuldig met publieke middelen moeten omgaan en dat we met onze regelingen niet de deur open moeten zetten voor oneigenlijk gebruik of misbruik. Maar tegelijkertijd moeten we oog houden voor de administratieve lasten voor de ondernemer. Zo helpen we samen -als overheid- ondernemers verder om blijvend meer impact te maken op de grote maatschappelijke opgaven.“