BoerVeilig wil ervaringen mestgassen in kaart brengen
Dat het risico van mestgassen worden onderschat - ook door ervaren mensen – komt doordat hoge concentraties mestgassen lang niet altijd met de neus worden waargenomen. Waterstofsulfide neem je alleen in lage concentraties waar, dan ruik je de geur van rotte eieren. Bij hoge concentraties ruik je niks omdat het gas de reukzenuw verlamt. Ook hoge concentraties methaan, ammoniak, koolstofdioxide en waterstofcyanide kunnen gevaar opleveren. Dit maakt mestgassen een onzichtbare vijand, die elk jaar slachtoffers maakt.
Mestgassenproject
Vorig jaar is BoerVeilig samen met de stichting I-Vee daarom een mestgassenproject opgestart. Daarin participeren twaalf melkveehouders met vier verschillende stalvloertypen. Zij meten een jaar lang elke twee maanden de gehaltes aan mestgassen in de stal. Deze melkveehouders komen ook in studiegroepverband bij elkaar om ervaringen uit te wisselen.
Binnen het project worden ook andere melkveehouders gevraagd om hun ervaringen met mestgassen te delen middels een zeer korte anonieme enquête. Alle informatie moet uiteindelijk leiden tot een nieuw handboek met praktische handvatten. De campagne BoerVeilig is een initiatief van de DDB, het NAJK, LTO Nederland, NZO en ZuivelNL.
Tekst: Gineke Mons
Gineke Mons (1970) groeide op op een biologisch melkveebedrijf in Gelderland. Na haar studie journalistiek werkte ze 13 jaar bij het Agrarisch Dagblad. Sinds 2008 is ze freelance (landbouw)journalist, met het accent op veehouderij en diergezondheid.
Beeld: Ruth van Schriek
Bron: BoerVeilig