Live-uitzending 6 december: De cruciale 100 dagen rond het afkalven
Tijdens de uitzending ligt de nadruk op wat melkveehouders tijdens de transitiefase kunnen verbeteren om problemen na afkalven en later in de lactatie te voorkomen. Aan het woord komen Klaas Pieter Mulder, melkveehouder in Houwerzijl (GR) en tevens werkzaam als dierenarts. Peter Hut, dierenarts en Europees Rundveespecialist bij Cowmanager en Erwin van Schrooten, melkveehouder in Okkebroek (OV) en productontwikkelaar melkveesoftware bij Agrovision.
‘Het is de meest trouwe medewerker die je kunt hebben’
„Sensoren houden 24 uur per dag, 7 dagen in de week de veestapel in de gaten. Een trouwere werknemer is er niet”, aldus Klaas Pieter Mulder. Mulder schafte sensoren aan vlak voor hij een nieuwe stal ging bouwen. Hij had toen al het idee dat te vaak een tochtigheid niet gezien werd en wilde voorkomen dat tijdens de bouw nog meer tochtigheden onopgemerkt zouden blijven. Mulder werkt drieënhalve dag buiten de deur als dierenarts. Omdat hij zelf te weinig tijd heeft om tussen de koeien te zijn, gebruikt hij de sensoren als ogen. Ingrepen op het gebied van diergezondheid vinden dan ook bijna altijd plaats na een attentie van het systeem. Het grote voordeel van de sensoren is dat ze al een attentie afgeven bij veranderingen in vreet- en herkauwtijd. „De attenties van de robot zijn gebaseerd op veranderingen in de melkgift en die laten vaak een paar uur langer op zich wachten”, aldus Mulder. Wat hem dat oplevert zal Mulder persoonlijk toelichten in de uitzending van 6 december.
‘Het gaat er in de basis om of koeien vreten en of ze op het juiste moment vreten’
„Vruchtbaarheidsproblemen zijn secundair aan problemen uit de transitiefase”, aldus Hut. „Je kunt je wel heel erg richten op vruchtbaarheid en op het verbeteren van de vruchtbaarheid. Maar als jij aan de transitiefase niets verandert lukt dat niet. Mensen kijken vaak wat gebeurt erna afkalven, maar we moeten juist kijken naar wat gebeurt ervoor afkalven.”
De enorme hoeveelheid sensordata die bij boeren wereldwijd verzameld zijn, laten zien dat er nog veel te winnen is. De data laten zien dat veel koeien die na afkalven ziek worden voor afkalven al ander gedrag vertonen.
„Voeding is vaak ongrijpbaar. Maar de geschiedenis maakt duidelijk dat het bij het voorkomen van problemen na afkalven niet gaat om het percentage ruw eiwit of het aantal grammen magnesium per kilogram droge stof. Het gaat erom of de koeien voldoende vreten. En of ze op het juiste moment vreten”, legt Hut uit. Hoe een veehouder hierop in kan spelen, legt Hut uit tijdens de online uitzending.
‘Door zaken te combineren kan ik beter inspelen op de actuele situatie op het bedrijf’
Erwin Van Schooten gebruikt de sensoren niet voor zijn hele veestapel. „Ik gebruik ik de sensoren alleen bij de koeien in de transitiefase tot dracht”, legt Van Schooten uit. Hij runt samen met zijn vrouw en ouders een melkveebedrijf in Okkebroek (OV). Als productontwikkelaar melkveesoftware bij Agrovision was hij nauw betrokken bij het realiseren van de koppeling tussen Cowvision en Cowmanager.
Van Schooten werkt 4 dagen per week buiten de deur. Met name op de dagen dat hij niet thuis is, zijn de sensoren een mooie aanvulling op de bedrijfsvoering. „Ik heb een melkrobot die data verzamelt over de melkerij. Ik gebruik CowVision waarin ik data heb staan over mpr, de tank, het rantsoen, behandelingen en de fokkerij. En ik heb de sensordata. Het combineren van alle beschikbare data en attenties stellen mij in staat beslissingen op koe of op bedrijfsniveau te nemen”, legt Van Schooten uit. „Voor mij zit de meerwaarde van het bedrijfsmanagementsysteem dan ook in monitoring en inspelen op wat komen gaat. Door zaken te combineren kan ik beter inspelen op de actuele situatie op het bedrijf.”
Ook Van Schooten schuift 6 december aan, om zijn ervaringen met het combineren van data afkomstig uit verschillende systemen nader toe te lichten.
Live de uitzending volgen? Klik hier en meld je aan!