Koolstofopname grasland onvoldoende in gebieden met hoge veedichtheid
Het voordeel van het vastleggen van koolstof in grasland om de uitstoot van broeikasgassen te vereffenen, is echter beperkt, stelt WUR-onderzoeker Yue Wang in de publicatie in het wetenschappelijke tijdschrift Nature Communications. ‘We laten in ons onderzoek zien dat de bewering dat veehouderijsystemen met grasland een negatieve broeikasgasbalans hebben, misleidend kan zijn. We moeten realistischer zijn als we echt streven naar het tegengaan van klimaatverandering.’
Wereldwijd is ongeveer 135 gigaton koolstofvastlegging nodig om de continue uitstoot van methaan- en lachgas uit de graasdierhouderij te compenseren. Dat is bijna twee keer zoveel als de huidige wereldwijde koolstofvoorraad in beheerde graslanden. ‘Het potentieel voor het verder vastleggen van koolstof in deze bodems is verre van toereikend; in veel regio’s gaat er zelfs veel koolstof uit de bodem verloren’, aldus Wang.
0,3 koe per hectare
Veehouderijen zouden volgens de onderzoekers minder dieren moeten houden om de uitstoot van broeikasgassen in balans te brengen met het vastleggen van koolstof. In Nederland zou dat neerkomen op ongeveer 0,3 koe per hectare. Een gemiddelde melkkoe stoot hier ongeveer 160 kilo methaan per jaar uit, terwijl een hectare grasland in de meest optimistische veronderstelling ongeveer 50 ton extra koolstof per hectare kan vastleggen.
De hoeveelheid gehouden koeien zou volgens de onderzoekers nog verder moeten dalen als er meer emissiebronnen, zoals voederproductie en mestbeheer, in beschouwing worden genomen. In de meeste regio’s van de wereld ligt de huidige veedichtheid vele malen hoger dan de berekende maximale dichtheid om op net-zero uit te komen, meldt de WUR.
Rekenmethodiek
Koolstofdioxide verblijft duizenden jaren in de atmosfeer, maar methaan verdwijnt binnen enkele decennia. Bovendien nemen graslanden in de meeste gevallen slechts voor een bepaalde tijd extra koolstof op, terwijl de uitstoot van broeikasgassen uit de veehouderij voortdurend is.
‘Bij het berekenen van de klimaateffecten van koolstofvastlegging en broeikasgassen uit de veehouderij moet hiermee rekening worden gehouden, maar dat is lastig met de huidige rekenmethodiek’, laat assistent-professor Corina van Middelaar weten in een toelichting.
‘Daarom hebben we gekozen voor een alternatieve modelbenadering die deze beperkingen wegneemt en de klimaatimpact van koolstofvastlegging en broeikasgasemissies eerlijker met elkaar vergelijkt.’
Tekst: Stefan Buning
Geboren en getogen op een melkveebedrijf in de Achterhoek. Sinds 1998 werkzaam als redacteur bij Agrio. Als chef Melkvee is hij samen met zijn team verantwoordelijk voor het kritisch volgen van alles wat er in en om de melkveehouderij in Nederland gebeurt.
Beeld: Ellen Meinen
Bron: Wageningen University & Research