Hoge voederwaarden voor de snijmaïs van 2023
De hoge voerkwaliteit van de snijmaïskuil van dit jaar is deels het resultaat van de verteringscoëfficiënt van de organische stof (VCOS) die gemiddeld 77,1 procent bedraagt, wat ruim hoger is dan het langjarig gemiddelde van 76,5 procent. In dit opzicht komt de maïs van dit jaar volgens Eurofins dicht in de buurt van het topjaar 2014.
Het gemiddelde zetmeelgehalte ligt op 380 gram per kilo, ruim boven het langjarig gemiddelde van 360. Ook het aandeel bestendig zetmeel ligt gemiddeld op 107 gram per kilo, hoger dan in voorgaande jaren.
Maïs die later geoogst is, bevat zoals gebruikelijk meer zetmeel dan maïs die eerder geoogst is. Het gemiddelde droge stofgehalte ligt dit jaar met 39,3 procent iets boven het langjarig gemiddelde van 38,1 procent, mede dankzij de goede kolfvulling en afrijping door gunstige weersomstandigheden.
Hoge verteerbaarheid
Al met al is de kwaliteit van de gemiddelde snijmaïs dit jaar erg goed gezien de hoge VEM-waarde, stelt Eurofins. Dit is vooral het gevolg van de hoge verteerbaarheid van de maïs, mede door het hogere zetmeelgehalte, maar ook door de hoge verteerbaarheid van de celwanden.
Het maïsseizoen van 2023 kwam traag op gang vanwege het zeer natte en koele voorjaar. Hierdoor was het op veel plaatsen moeilijk om de maïs op tijd in de grond te krijgen. Veel maïs kon pas halverwege mei of zelfs eind mei worden gezaaid.
Deze achterstand kon grotendeels worden ingelopen door het groeizame weer tijdens de zomer. Door het relatief warme en droge weer in september en begin oktober verliep ook de afrijping van de maïs voorspoedig. Wel hadden de late percelen last van de overvloedige neerslag in midden en eind oktober, wat de maïsoogst in sommige gevallen tot een uitdaging maakte.