DDB: ‘Plan van FrieslandCampina kan in de prullenbak’
Het plan wordt volgens Van Keimpema ten onrechte vergeleken met het Markt Verantwoordelijk Programma (MVP) van de EMB en de DDB. „Verschil is bijvoorbeeld dat het MVP een crisisinstrument is, dat alleen in crisistijden het melkvolume reguleert én een kostendekkende melkprijs door vraaggericht te produceren, ten doel heeft. Het FrieslandCampina-plan heeft meer weg van een A en B quotum dat slechts het aan de leden uitbetaalde melkgeld reduceert.”
‘Referentieperiodes onzorgvuldig gekozen’
De DDB-voorzitter plaatst kanttekeningen bij de keuze voor de referentieperiodes: „De referentieperiodes zijn onzorgvuldig samengesteld”, zegt ze. „De eerdere melkreductieprogramma’s van de coöperatie en de EU Commissie blijken namelijk in deze referentieperiodes te liggen. Dit geeft voor leden, die solidair zijn geweest met het bestuur en minder melk hebben geleverd een bittere nasmaak. Bij deze eerdere actieprogramma’s werden de leden nog op een positieve manier uitgenodigd om het melkaanbod in balans te brengen met de verwerkingscapaciteit van FrieslandCampina, dat een bonus uitbetaalde aan leden die hun melkaanvoer afremden. Nu gaat men over tot een korting op het melkgeld voor wie zijn referentie overschrijdt.”
‘Schaf leverplicht af’
Van Keimpema’s betoog gaat verder over de afname- en leverplicht van de zuivelreus: „De afnameplicht moet blijkbaar een andere invulling krijgen, maar over de leverplicht wordt niet gesproken. Als FrieslandCampina oprecht minder melk en een marktgerichtere aanvoer wil, omdat zij een bepaalde hoeveelheid melk niet met waarde kan verwerken, zou men juist de leveringsplicht moeten aanpassen. Dan kunnen de leden de melk waar RFC geen markt of verwerkingsruimte voor heeft, zelf eventueel elders afzetten. Daarmee behouden ze de leden en de onmisbare solvabiliteit door deze leden.”
‘Drie cent is ‘uit de lucht gegrepen’’
De eisen voor de ‘Top-line’ dienen in het huidige voorstel volgens DDB slechts FrieslandCampina: „Leden moeten aan hogere, kostenverhogende eisen voldoen om hiervoor te mogen leveren”, zegt van Keimpema. „In plaats van een kostendekkende melkprijs, passend bij die hoge kosten, krijgen deze leden slechts een hogere referentie voor de melk met een ‘uit de lucht gegrepen’ meerprijs van 3 cent. Omdat over een andere melkprijssystematiek niet wordt gesproken, wordt de melkprijs straks echter nog steeds bepaald door grotendeels export georiënteerde bulkfabrieken. Ook in de toekomst zal daarom de melkprijs op en neer gaan met de wereldmarktprijs en er is geen zicht op een duurzame, kostendekkende melkprijs.”
De volledige brief van Van Keimpema staat binnenkort op de site van DDB.
