
Extra eco-premie of hoger saldo uit ruwvoermelk?

Het telen van vlinderbloemigen is anders dan het telen van gras. Dat hoor ik als ik veehouders spreek die grasklaver hebben. Ga je dan nog een stap verder door zuiver klaver of luzerne te telen, dan wordt het effect versterkt. Bijvoorbeeld de grondsoort, pH en bodemstructuur zijn erg bepalend voor het slagen van de teelt. Mocht de opbrengst tegenvallen, dan vergoedt de hoge(re) hectaretoeslag veel. Maar niet alles.
Lukt het je een mooi gewas te telen met een goede opbrengst dan komt de volgende uitdaging. De eiwitopbrengst op een goede manier benutten in het rantsoen, zodat op aankoop van eiwit bespaard kan worden. Daar zie ik onderweg menig veehouder op struikelen. De herfstkuil die aan het jongvee gevoerd wordt, is daar een klassiek voorbeeld van. Het jongvee krijgt een veel te eiwitrijk rantsoen en voor de koeien moet eiwit aangekocht worden. De eiwitefficiëntie op bedrijfsniveau blijft achter.
De verbreding naar luzerne of veldbonen kan – door de eco-premie – een lucratief idee zijn. Tegelijk zijn er met onze bekendste eiwitteelt nog genoeg stappen te maken: gras. Eigenlijk bijzonder dat gras niet als eiwitteelt is aangemerkt, dat zou ook het blijvend grasland stimuleren.
Met grasklaver kan de opbrengst op peil blijven met fors minder kunstmest. Met het optimaliseren van weidegang en/of zomerstalvoeren kan het graseiwit nog meer omgezet worden in melkeiwit. In de praktijk zie ik het ene bedrijf 8.000 kg melk per hectare uit ruwvoer melken en het andere 12.000 kg.
De vraag is waar de meeste winst te halen is op jouw bedrijf. Is dit via € 200 per hectare extra premie uit veldbonen of luzerne of via een hoger saldo uit ruwvoermelk?
Rick Hoksbergen is branche-specialist melkvee bij Countus accountants en adviseurs.
Tekst: Limagrain Nederland BV