Column: Vakantie met koeien
Daar komt de boer de stal al om en ons tegemoet. We hadden een oud stageloper van ons (die een aantal keer in Canada heeft gewerkt) gevraagd of hij nog een Nederlandse boer vlakbij het vliegveld kende. Nou blijkt achteraf dat 75% van de melkveehouders hier in Alberta Nederlands is, dus die kans was vrij groot, haha. Maar de kans dat we bij de jongste zoon van oud bekenden terecht zouden komen, was natuurlijk minder groot. We wisten wel dat de oudste zoon in Nederland de boerderij had overgenomen. Maar dat de jongste was geëmigreerd, hadden we niet meegekregen. Tja, als je al 12 jaar uit Nederland weg bent, krijg je ook alles niet meer mee natuurlijk.
Na een paar weken van de boerderij te zijn geweest, is het weer heerlijk om koeien en kalfjes te zien en alle bekende geuren weer te ruiken. In Californie (tijdens het eerste deel van onze reis) waren we ook spontaan bij een melkveebedrijf gestopt, maar daar hadden ze helaas niet zoveel tijd voor ons gehad. Fijn om nu uitgebreid een rondleiding te krijgen en aan de keukentafel elkaars ervaringen en vragen uit te wisselen.
600 koeien in Californië
Als we op vakantie zijn, kunnen we het vaak toch niet laten om te proberen een melkveebedrijf te bezoeken. Altijd leuk om te zien hoe het er in een ander land aan toe gaat. Zo had die boer in Californie, waar we spontaan gestopt waren, geen gemiddeld bedrijf. Met zijn 600 koeien was hij klein vergeleken bij zijn collega boeren die minimaal het dubbele aantal koeien melken. Maar door 3x per dag te melken en het rantsoen te optimaliseren, zat hij toch rond de 40 liter per koe per dag. Hij kon amper rendabel draaien, mede omdat volgens hem de melkpoeder uit Europa zo goedkoop is. Daarnaast zitten de boeren ook daar in de knel. Veel boeren worden al weg gekocht voor stadsuitbreiding en door de sinaasappel- en nootjesboeren. Plus dat in 2020 een nieuwe wet over het gebruik van grondwater van kracht gaat, wat tot extra kosten zal leiden. We weten niet of die boer van 600 koeien aan irrigatie deed, maar we hadden al wel gezien dat daar in de regio alleen de percelen met sproeiers er mooi groen bij lagen. De rest was maar dor en droog. Door het warme klimaat kunnen de huisvestingskosten echter nooit hoog zijn, want we zagen er praktisch geen stallen. Een enkel afdakje tegen de zon. Maar het meerendeel van het vee liep gewoon in de buitenlucht met slechts een hek eromheen en een voerhek ervoor. Een bijzonder gezicht!
Min 20 in de sneeuw
Waar ik me in Canada overigens ook over verbaasde toen we hier net waren. Dat hier de koeien gewoon buiten lopen. Met min 20 in de sneeuw! Dat was dan wel vleesvee, maar toch. Bij Michel’s oud stageboer was er net afgelopen week een kalfje geboren. Wat niet de bedoeling was geweest, want normaal kalft het vleesvee hier in het voorjaar. Maar hoe dan ook was het kalfje bij min 20 ter wereld gekomen. Ja, dan is het wel even lastig als je geen goede beschutting hebt. Gelukkig is alles goed gekomen. Alleen de oorpunten waren wat bevroren.
Oer-Hollands gevoel
Op het melkveebedrijf waar we nu zijn, staat het oudste jongvee ook zonder beschutting buiten. Ze zullen er wel aan wennen. De kleinste kalfjes en de melkkoeien staan echter wel binnen. Mooi om zo weer in een echte ligboxenstal te staan. Die hebben we in Roemenië niet zo veel in de buurt. Een oer-Hollands gevoel van thuiskomen, haha. Net als de speculaas bij de koffie.
De jonge melkveehouder vertelt dat hij nog maar twee jaar geleden deze plek heeft gekocht, na een paar jaar eerder voor zichzelf begonnen te zijn, op een huurplek. Daarvoor werkte hij voor een andere Nederlandse boer. In Canada is nog wel een quotum. Maar dan van geleverde kilo's eiwit. En als je net begint, krijg je een bepaald aantal kilo's gratis. Maar de rest moet je wel kopen voor 20.000 tot 25.000 dollar per koe! Een heel kapitaal dus, waar je in maximaal 10 jaar op kunt afschrijven. “Je moet dus niet verwachten dat er de eerste tien jaar veel op je bankrekening bij komt,” vertelt hij. “Pas daarna wordt het beter.” Ach, als je jong en gezond bent, dan kun je ook heel wat aan.
Geen dierregistratie
Wel bijzonder om te horen dat ze in Canada nog geen dierregistratie hebben (als je niet aan de melkcontrole deelneemt). Niemand weet precies hoeveel dieren er op een bedrijf zijn. En een dode koe kun je nog ‘gewoon’ in het bos achterlaten voor de coyotes. Controles kennen ze daarentegen weer wel. Ons gesprek wordt namelijk onderbroken door de komst van twee inspecteurs. Die onverwachts aan zijn komen waaien. “Die zullen wel weer gaan zeuren over dat de melktank niet schoon genoeg is en dat soort onbenulligheden.” Tja, hier kennen ze dat soort instanties blijkbaar dus ook wel.
We nemen afscheid met “Doe de familie de groeten!” en stappen met een blij gevoel weer in de auto. Het was leuk om op de valreep nog zo’n gezellig bedrijfsbezoekje te hebben gedaan. Morgen vliegen we weer naar huis. Naar de boerderij en de dieren. Die we, besef ik me nu nog eens extra, na een paar weken vakantie toch wel zijn gaan missen.