GD: ‘lage weerstand oorzaak opstartproblemen’
Een goede weerstand, meetbaar aan de hand van het aantal natuurlijke antistoffen in het bloed of de melk, staat direct in verband met opstartproblemen bij de verse koeien. Een betere weerstand kan worden bereikt via de fokkerij- en managementaanpassingen. Hoogrisicodieren blijven echter punt van aandacht.
Focus op periode rond afkalven
Uitgangspunt van de ‘Weerbaar Vee’ studie (2010 - 2015) was “het meetbaar maken en verbeteren van de weerbaarheid van de melkkoe.” Hierbij ligt de focus op opstartproblemen bij de verse koeien. Uit de studie blijkt namelijk ook dat 14% van de zogenoemde laag-risicodieren tijdens de opstart gezondheidsproblemen ontwikkelt als baarmoederontsteking, opgehouden nageboortes of mastitis. Bij zogenoemde hoog risicodieren (dieren met een hoog gehalte aan antistoffen in het bloed) lag het percentage dieren met opstartproblemen zelfs op 31%.
Maar liefst 33% van de koeien uit de testgroep werd gekwalificeerd als en hoog risicokoe voor opstartproblemen. Daarnaast ontwikkelde 5% van de laag risicodieren een witte lijn aandoening, tegenover 31% van de risicodieren. Het hoge aantal verse koeien met klauw- en opstartproblemen in de melkveehouderij, betekent een aanzienlijke kostenpost en tegelijk een uitgelezen kans voor het verbeteren van bedrijfsresultaten.
Lage weerstand oorzaak opstartproblemen
Het functioneren van het afweersysteem, blijkt een belangrijke indicator voor gezondheidsproblemen bij de volgende lactatie. Tijdens de studie werd het gehalte aan antistoffen in de melk en in het bloed van koeien gemeten. Deze natuurlijke antistoffen nemen toe naarmate een infectie langer duurt en niet effectief door het afweersysteem wordt bestreden. Een hoger percentage natuurlijke antistoffen in het bloed, staat zodoende gelijk aan een zwakker afweersysteem. Uit de studie kwam naar voren dat een op de drie koeien die vóór afkalven een hoog percentage natuurlijke antistoffen in het bloed had ook daadwerkelijk gezondheidsproblemen ontwikkelde bij de opstart. Zo kan dit gehalte dienen als indicator voor koegezondheid, kunnen risicodieren vroeg worden herkend en kan op tijd actie worden ondernomen.
Beter transitiemanagement, hogere weerstand
De resultaten van de lang lopende studie laten zien dat een laag gehalte aan natuurlijke antistoffen ook in relatie staat tot een langere levensduur. Uit het onderzoek kwam een verschil in levensduur naar voren van 198 dagen tussen de 10% koeien met het laagste en de 10% met het hoogste niveau natuurlijke antistoffen. Het onderzoeksteam wilde daarom weten of de levensduur van de koe verlengd kan worden door te sturen op een lager gehalte aan natuurlijke antistoffen. Sturen op een betere weerstand, werd gedaan door maatregelen te nemen op het gebied van koecomfort, voermanagement en huisvesting in de transitiefase. Weerstand blijkt namelijk sterk afhankelijk van de ernst van de negatieve energiebalans rond afkalven, die door goed voermanagement kan worden afgezwakt.
Maatregelen voor een betere weerstand
De wetenschappers benadrukten met name het belang van een goede voeropname in de periode rond afkalven, verschraling van het rantsoen tijdens de vroege droogstand en het voeren van een goede kwaliteit voer aan de droge koeien (geen restvoer). Verlagen van stress door voldoende en ruime ligboxen, zorgt bovendien voor minder stresshormonen, die een negatieve invloed hebben op het metabolisme en daarmee op de weerstand van de koe. Uit dierziekteregistratie tijdens de studie, bleek dat in de periode waarin de managementverbeteringen werden doorgevoerd, de koeien 1,6 keer minder vaak een opstartziekte ontwikkelden in vergelijking met de periode vóór de verbeteringen. Het aantal koeien dat werd gekenmerkt als risicokoe, nam tijdens de testperiode echter niet af.
Ondersteunen van hoogrisicodieren
Managementmaatregelen tijdens de transtiefase (de periode van 60 dagen voor tot 30 dagen na afkalven) kunnen er dus voor zorgen dat koeien minder opstartproblemen vertonen. Dat geldt echter niet voor hoogrisicokoeien, die vaak al met een achterstand de droogstand in gaan. Bijvoorbeeld doordat deze dieren vervetten tijdens een uitlopende lactatie. Managementmaatregelen tijdens de droogstand hebben dan onvoldoende effect. Alternatief is om deze koeien drie a vier weken voor afkalven te behandelen met een Kexxtone bolus. Deze bolus helpt de koe rond afkalven met het vrijmaken van voldoende energie uit het voer, zodat de negatieve energiebalans beperkt blijft. Hiermee wordt ook het effect van de negatieve energiebalans op de weerstand verkleind, zodat minder transitieziektes optreden.
Lees meer over optimaal management rond afkalven>>