Tips voor meer rendement van drie vooraanstaande universiteiten
Aandoeningen als mastitis, baarmoederontsteking en ketose hebben allemaal hun weerslag op zowel de vruchtbaarheid van de melkkoe als de productie. Wat deze ziektes gemeen hebben, is dat ze ontstaan in de transitiefase. Dit is een periode van 90 dagen die loopt van 60 dagen voor, tot zo’n 30 dagen na afkalven, de zogenaamde Vital 90 Days. In deze periode krijgt de koe te maken met verschillende lichamelijke veranderingen en stress. Zo zijn aanpassingen nodig in huisvesting en rantsoen, vinden verschillende hormonale veranderingen plaats rond de groei van het kalf en wordt er veel gevraagd van de energiereserves bij de opstart van de lactatie. Goed management in deze periode vormt daarom een belangrijke uitdaging voor de melkveehouder.
Het samenwerkingsverband tussen de WUR, Universiteit Gent en Universiteit Antwerpen, gesponsord door het Fonds Wetenschappelijk Onderzoek (FWO), kwam tot een aantal belangrijke inzichten:
- Monitor gezondheid
Allereerst is het belangrijk te weten hoe het met uw koeien gesteld is. Maar dan moet u wel weten wat de juiste indicatoren zijn. Het FWO-samenwerkingsverband formuleerde een aantal aandachtspunten:
- Zorg voor een aangepast rantsoen tijdens de droogstand en de opstart van de lactatie.
- Zorg voor voldoende ligplaatsen, waaruit de koe gemakkelijk kan opstaan.
- Houd gegevens bij over de vruchtbaarheid van de koe. Een lange tussenkalftijd of veel opgehouden nageboortes of baarmoederontstekingen zijn een teken dat het management beter kan.
- Houd de lichamelijke conditie en de maagvulling van de koe goed in de gaten.
- Let op de kleur en kwaliteit van urine en mest.
De experts plaatsen hierbij de kanttekening dat monitoring altijd gebaseerd moet zijn op meetbare indicatoren. Inschattingen op basis van gevoel, blijken er nogal eens naast te zitten, zo constateren de onderzoekers.
- Let op onzichtbare aandoeningen
Speciale aandacht is volgens de experts nodig voor het identificeren van zogenaamde ‘onzichtbare aandoeningen’ die geen eenduidig ziektebeeld geven, maar desondanks veel schade aanrichten. Voorbeelden van dergelijke aandoeningen zijn ketose (slepende melkziekte) en pensverzuring, die in sluimerende, subklinische vorm alleen via zogenaamde biomarkers in bloed, melk of urine kunnen worden aangetoond. Het regelmatig testen op bijvoorbeeld ketose, maakt het mogelijk de ziekte in een vroeg stadium aan te tonen waardoor tijdig actie kan worden ondernomen. In het geval van ketose kunnen hoogrisicodieren worden ondersteund met een Kexxtone bolus, zodat zij bij de start van de lactatie geen ketose ontwikkelen.
- Wees kritisch op duur van de droogstand
In het overleg tussen de verschillende universiteiten kwam naar voren dat de duur van de droogstand een belangrijk twistpunt blijft. Nieuwe onderzoeken, zoals de Why-Dry studie van de WUR, tonen aan dat de droogstand voor hoog productieve dieren misschien beter kan worden ingekort. Why-Dry kwam tot de conclusie dat een droge periode nodig blijft, maar dat het afstemmen van de lengte van de droogstand op het productieniveau van uw koeien zeker positieve gezondheidseffecten kan hebben.