Verhogen bedrijfsefficiëntie via conditiescore goedkoop en efficiënt!
De conditiescore (BCS) geeft weer hoeveel lichaamsvet een koe beschikbaar heeft die naar energie kan worden omgezet. De score wordt bepaald aan de hand van vetophopingen op bepaalde plekken van het lichaam van de koe, bijvoorbeeld bij het staartbeen en de koekoeksgaten.
>>lees hier hoe je de conditiescore kunt meten
Natuurlijk verloop conditiescore
Melkkoeien hebben van nature geen constante conditiescore. Op bepaalde momenten tijdens de lactatie heeft de koe namelijk meer energie nodig, waardoor ze vet gaat verbranden. Dat geldt bijvoorbeeld voor de periode rond afkalven en in de eerste weken van de lactatie. De groei van het kalf en de opstart van de lactatie vragen dan om extra energie. Het is natuurlijk dat koeien in deze periode meer energie gebruiken dan ze beschikbaar hebben, waardoor ze in een negatieve energiebalans terecht komen. Het lichaamsvet neemt dan af, wat je terugziet in de conditiescore.
Pieken en dalen in BCS brengen vruchtbaarheid en gezondheid in gevaar
Om de gezondheid en de vruchtbaarheid van de koe niet in gevaar te brengen, mag het dieptepunt niet te laag liggen. Dit duidt namelijk op een te ver doorzakken van de negatieve energiebalans, wat leidt tot een verminderde vruchtbaarheid en een lagere weerstand. Meer ziektes, een lager drachtigheidspercentage bij de eerste inseminatie en een langere tussenkalftijd zijn het gevolg. Een te hoge BCS is echter ook niet goed. Te veel vet kan zich namelijk ophopen in de lever, waardoor deze niet meer goed werkt. Dit brengt het metabolisme en daarmee de gezondheid van de koe in gevaar.
Optimale conditiescore
De optimale conditiescore verschilt per lactatiestadium. Tijdens droogzetten en de droogstand is een score tussen 3 en 3.5 optimaal. Begin lactatie mag de conditie niet meer dan een 1 punt zakken, waarna deze in de loop van de lactatie weer moet stijgen richting de 3-3.5 Deze waarden kunnen gebruikt worden als streefwaarden waar het voermanagement op kan worden aangepast:
• Far-off: Voer tijdens de vroege droogstand een schraal en structuurrijk rantsoen, zodat de pens aan de gang blijft maar de koeien niet vervetten. Koeien gebruiken in deze fase namelijk minder energie. Vette koeien krijgen eerder een vette lever, wat de kans op slepende melkziekte aanzienlijk verhoogt. Zorg dat de BCS niet boven de 3,5 komt.
• Close-up: In de laatste drie weken voor afkalven, groeit het kalf het hardst. Ook wordt in de uier de opstart van de lactatie voorbereid. Voer daarom in deze periode extra energie, zodat de koe niet te veel aan conditie verliest. In de droogstand houd je de conditiescore het liefst stabiel; met een score van 3 erin betekent dus met een score van 3 er weer uit.
• Start lactatie: De start van de lactatie kost de koe veel energie, meer dan ze via het voer kan opnemen. Daardoor komt de koe in een negatieve energiebalans wat leidt tot een daling van de conditiescore. Beperk het verlies aan conditie zo veel mogelijk, zodat de BCS niet meer dan 1 punt zakt. Ook in deze fase moet daarom voldoende energierijk worden gevoerd.
• Mid-lactatie: Na 2 tot 4 maanden komt de koe uit de negatieve energiebalans en zal de conditiescore weer gaan toenemen. Zorg dat de conditiescore niet boven de 3.5 komt.
Ondersteun hoogrisicodieren
Dieren met een heel lage - of juist hoge conditiescore voor afkalven lopen een verhoogd risico op problemen met de gezondheid en de vruchtbaarheid tijdens de volgende lactatie. Bij de opstart van de lactatie hebben ze niet genoeg energie om naast de melkproductie ook essentiële lichaamsprocessen aan de gang te houden. Naast bij te magere of vette koeien, kan dit probleem ook voorkomen bij oudere koeien of vaarzen, bij dieren met een tweelingdracht of bij koeien die tijdens de vorige lactatie moeilijk opstartten. Deze koeien kunt u ondersteunen door 3 a 4 weken voor afkalven een Kexxtone bolus toe te dienen. Deze helpt de bacteriën in de pens om voldoende energie vrij te maken uit het voer, zodat de koe geen overmaat aan vetten hoeft aan te spreken om het energiegat te dichten. Op deze manier wordt de kans op slepende melkziekte en verwante problemen sterk verminderd.