Eerste acht levensweken bepalen levensproductie

De eerste acht levensweken van een kalf blijken uit verschillende onderzoeken bepalend te zijn voor de melkgift. In deze weken wordt de basis gelegd voor de uiervorming: een kalf dat meer melk drinkt en daardoor sneller groeit, ontwikkelt meer uierweefsel en meer actieve melk producerende cellen. De groeisnelheid voor spenen draagt volgens studies zo’n 20 procent bij aan het succes van de eerste lactatie: een groter aandeel dan de genetische aanleg.

Meer melk is meer produceren
In 2005 al toonde onderzoek van de universiteit van Michigan aan dat de voeding in de eerste acht weken bepalend is voor de ontwikkeling van het uierweefsel. Kalveren die in deze periode gemiddeld 670 gram per dag groeiden, ontwikkelen anderhalf keer zoveel uierweefsel en zelfs twee keer zoveel melkkliercellen als kalveren die 400 gram per dag groeien. Voeding in de latere maanden van de opfok heeft daar nauwelijks nog invloed op. Een nieuwe studie van de universiteit van Cornell toont zelfs aan dat een goede groei in de periode voor het spenen zo’n 2.200 kg extra melkproductie betekent tijdens de eerste drie lactaties. Bovendien heeft de groei per dag vóór spenen direct invloed op de uitval op latere leeftijd. De opbouw van het afweersysteem volgt voor het lichaam pas na de ontwikkeling van vitale organen, botten en spieren. Bij een beperkte groei ontwikkelt het immuunsysteem zich dan ook onvoldoende.

• Advies: zorg dat de kalveren veel (kunst)melk drinken voor het spenen, liefst onbeperkt. Controleer de afstelling van de drinkautomaat en zorg voor een optimaal voerschema.

Voldoende en goede biest
Kalveren die meer biest drinken, presteren later beter. Kalveren voldoende goede biest laten drinken heeft niet alleen een positief effect op de groei tijdens de eerste levensdagen, maar ook op de groei na het spenen. Deze kalveren eten namelijk ook op latere leeftijd beter en krijgen zo meer voedingsstoffen en energie binnen.

• Advies: kalveren moeten minstens 3 liter biest van goede kwaliteit opnemen in de eerste 2 uur na de geboorte en minstens 6 liter binnen 24 uur na de geboorte.

Voorkom ziektes
Ziektes bij jongvee zijn vaak nadelig voor de latere productie. Dit negatieve effect treedt echter alleen op wanneer ziekte resulteert in remming van de groei. Dit bewijst nog eens dat behoud van een goede groeicurve cruciaal is voor een hoge levensproductie. Zet daarom in eerste instantie in op het voorkomen van ziektes bij jongvee want gezonde kalveren groeien harder. Wordt een kalf toch ziek, dan is het belangrijk om de groei zoveel mogelijk op peil te houden. Als de groei achterblijft, gaat dat het eerst ten koste van spier- en uierweefsel. Juist bij ziekte is goede voeding dan ook extra belangrijk. Dat geldt ook voor een klimaat dat niet optimaal is. Energie die het kalf gebruikt om op te warmen, kan het niet gebruiken om te groeien. Bij kou moet daarom worden gecompenseerd met meer voer.

• Advies: zorg voor goede hygiëne en een goed klimaat om de kalveren gezond te houden zodat ze goed blijven groeien. Compenseer ziekte of kou met extra energierijk voer.