Risicofactoren melkvee: tweelingdracht
Dit bericht is de vierde in een inforeeks genaamd ‘Risicofactoren Melkvee’.
Gevolgen
De tweelingdracht brengt naast een extra kalf ook bijkomende risico’s met zich mee. De kans op problemen tijdens en rondom afkalven zijn groter. Doordat er twee kalveren in de baarmoeder zitten, neemt deze meer ruimte in. Hierdoor wordt de pens verder ingedrukt en wordt de voeropname sterk verminderd.
Daarnaast vragen de twee kalveren ook meer energie dan bij een koe met een eenlingdracht. Hierdoor zal de koe al voor afkalven haar reserves gaan aanspreken om zich van energie te voorzien. De ketonen die vrijkomen bij de vetafbraak zorgen ervoor dat het immuunsysteem onder druk komt te staan waardoor de kans op infecties groter wordt. Koeien met een tweelingdracht hebben na afkalven dan ook meer kans op het krijgen van slepende melkziekte, een lebmaagverdraaiing en het aan de nageboorte staan met een baarmoederontsteking tot gevolg.
Advies
De kans op een tweeling is niet te voorspellen. Wel is het mogelijk om door op tijd maatregelen te nemen, de gevolgen van een tweelingdracht in te perken. Het is belangrijk om een tweelingdracht tijdig op te merken. Dit kan door tijdens het scannen voor dracht op de aanwezigheid van een tweeling te controleren. Zo kun je voorzorgsmaatregelen nemen tijdens de droogstand: tweelingkoeien hebben baat bij een voldoende lange droogstand en een aanbod van extra energie tijdig voor het afkalven. Houd er ook rekening mee dat de koe extra aandacht krijgt tijdens het afkalven. De dierenarts kan helpen door de koeien met een tweelingdracht op te sporen en preventief te behandelen tegen slepende melkziekte. Voorkennis en voorkomen is nu eenmaal beter dan genezen.
Dit bericht is de vierde in een inforeeks genaamd ‘Risicofactoren melkvee’. Klik hier voor factor 1: te vette koe, factor 2: slechte start vorige lactatie en factor 3: oudere vaarzen.
NLDRYKXT00025