Methaanemissie uit vers gras te hoog ingeschat
De onderzoekers concluderen dat melkveehouders met vers gras en weidegang niet alleen ammoniak, maar ook de methaanemissie kunnen verminderen.
WLR onderzocht wat de werking is tussen vers gras en enterisch methaan: methaan dat ontstaat door fermentatie in de pens van melkkoeien. In proefonderdeel A maakten de onderzoekers een vergelijking tussen een volledig graskuilrantsoen, volledige weidegang en volledig vers gras op stal/zomerstalvoedering. In onderdeel B vergeleken zij gras met een korte groeiduur en gras met een langere groeiduur.
Groeiduur gras
De resultaten van het onderzoek laten zien dat de enterische methaanemissie het laagst is bij volledige weidegang en bij gras met korte groeiduur, ongeacht het jaar of de periode.
Uit het onderzoek bleek dat de gemiddelde methaanopbrengst bij volledige weidegang 17,2 g methaan/kg droge stof was, bij zomerstalvoedering 18,3 g methaan/kg droge stof en bij graskuil 21,0 g methaan/kg droge stof.
Ook de groeiduur van gras blijkt relevant, hoe korter de duur hoe lager de methaanopbrengst: van gras met een korte groeiduur bij beperkte weidegang bedroeg deze 20,0 g methaan/kg droge stof en bij beperkte weidegang op lang gras was dit 20,9 g methaan/kg droge stof.
Ruwe celstofgehalte
De gemeten spreiding in methaanemissie hangt af van het seizoen, de oogstmethode en het groeistadium van het gras. De kwaliteit van het gras heeft dus invloed op de methaanuitstoot van de koe. Uit het onderzoek blijkt onder andere dat de methaanopbrengst hoger was bij een hoger NDF- of ruwe celstofgehalte of een lagere verteringscoëfficient van organische stof.
De huidige emissiefactor houdt nog geen rekening met seizoen, oogstmethode en groeistadium. Voor het gegeven dat twee jaar op rij in het voorjaar een methaanopbrengst van minder dan 14,8 g methaan/ kg droge stof werd gemeten in het voorjaarsgras, hebben de onderzoekers nog geen eenduidige verklaring voor.
Meer onderzoek nodig
Om meer zekerheid en duidelijkheid te krijgen over de relatie tussen methaanemissie en vers gras is onderzoek in meerdere groeiseizoenen nodig, stellen de wetenschappers. Het WLR kan daarna op basis van de resultaten werken aan het vaststellen van een nieuwe emissiefactor. Hiermee kan dan met voldoende zekerheid worden gekeken hoe melkveehouders vers gras op een juiste manier kunnen inzetten als praktijkmaatregel om de uitstoot van methaan omlaag te brengen.
Tekst: Stefan Buning
Geboren en getogen op een melkveebedrijf in de Achterhoek. Sinds 1998 werkzaam als redacteur bij Agrio. Als chef Melkvee is hij samen met zijn team verantwoordelijk voor het kritisch volgen van alles wat er in en om de melkveehouderij in Nederland gebeurt.
Beeld: Susan Rexwinkel
Bron: Wageningen Livestock Research