Goed ruwvoer is de basis van een goede melkproductie;
“Goed ruwvoer telen en vervolgens behouden in de kuil”
Onkruid vs. voederwaarde en drogestofopbrengst
Het loont om de percelen te contoleren op onkruiddruk de komende weken. En voer indien nodig een correctiebespuiting uit voor de eerste snede. “Onkruid verlaagt het eiwitgehalte, de VEM en de opbrengst. De voederwaarde en drogestofopbrengst van onkruiden is lager dan die van gras. Enkele onkruiden is nog wel oké, maar ze vermeerderen zich snel waardoor ze de kwaliteit en opbrengst negatief gaan beïnvloeden. Het onkruid neemt ook vocht en voedingsstoffen uit de bodem weg, wat ten koste gaat van de grasgroei. Ook groeien de onkruiden bovengronds over het gras heen, wat de fotosynthese en groei van het gras belemmert”, vertelt Jukema.
Voederwaarde vergelijking gras en onkruid door 'Oosterbeek'
Goed weidegras bevat (in vergelijking met onkruid)
- Neer VEM en DVE met minder krachtvoer een hogere melkproduktie.
- Veel meer structuur meer pensprikkeling waardoor het voer beter wordt benut.
- Meer droge stof: de volle koeienmaag bevat meer voedingswaarde met als resultaat een hogere melkproductie.
* de resultaten bij onkruid zijn een gemiddelde van zuring, paardebloem en muur.
Goed nieuws voor aanpak van paarse dovenetel, hoenderbeet en fluitenkruid
Voor de bestrijding van paarse dovenetel, hoenderbeet en fluitenkruid komt Corteva met goed nieuws. Met Renitar heeft Corteva dit jaar een nieuw herbicide in grasland dat ook werkt tegen paarse dovenetel, hoenderbeet en fluitenkruid. Deze onkruiden waren tot dusver niet goed te bestrijden in grasland.
“Verliezen door slechte conservering, kunnen oplopen tot 20%”
Gras van hoge kwaliteit oogsten is de eerste stap. Deze kwaliteit zo goed mogelijk behouden is de tweede stap. Pioneer-adviseur Oscar Koppelman: “Het proces van oogst tot voergang gaat gepaard met opbrengst- en kwaliteitsverlies. Ook als we alles zo goed mogelijk doen ontstaan er verliezen, zoals oogstverliezen, verliezen door restademhaling of conserveringsverliezen.”
Gemiddeld bedragen deze onvermijdbare verliezen 8 tot 10%. Wanneer de omstandigheden ongunstig zijn en/of het inkuilmanagement niet goed gebeurd, ontstaan er veel grotere verliezen, tot wel 20% en meer. Vaak hebben dit soort verliezen ook te maken met het indringen van zuurstof in de kuil en het ontstaan van broei en schimmels.
Extra stikstofopbrengst dit seizoen door BlueN
Vanaf dit seizoen kunnen veehouders BlueN inzetten in grasland en mais en zo hun gewassen voorzien van extra stikstof uit de lucht. BlueN is een milieuvriendelijke aanvulling op de bemesting en telt niet mee in de stikstofruimte van het bouwplan. BlueN kan worden toegepast zodra de omstandigheden gunstig zijn in het voorjaar. Toedienen na de eerste of tweede snede lijkt daarbij het meest handige moment:
- Vóór de eerste snede zou betekenen dat BlueN uiterlijk eerste helft april gespoten moet worden, omdat het twee weken voor het maaien op het grasland moet liggen. Vaak is het dan nog te koud voor de toepassing van BlueN.
- Bovendien is de eerste snede het zwaarste en de kans dat de stoppel er geel onder vandaan komt groter. Dan blijven er onvoldoende bacteriën achter om de nieuwe snede opnieuw te koloniseren.
- Ook wordt de eerste snede toch wel goed bemest en zijn het juist de latere sneden die minder bemest worden.
Als er na het maaien voldoende groene delen overblijven, dan zal de bacterie het gras wat erbij groeit opnieuw koloniseren. Dus zorg ervoor dat er een groene stoppel achterblijft bij het maaien. Lees meer over BlueN op www.bluen.nl.
Smaak en voederwaarde bewaren in de kuil
Optimaal rendement uit een graskuil betekent daarom dat deze verliezen zo veel mogelijk moeten worden beperkt. Daarvoor moet het voorjaarsgras zo snel mogelijk geconserveerd worden. De kuil is zo sneller stabiel en er wordt hierdoor minder duur eiwit afgebroken, en omgezet naar ammoniak. Zo behoudt u zoveel mogelijk de smaak en voedingswaarde in de kuil.
“Om het proces van conservering te versnellen heb je de juiste melkzuurbacteriën nodig. Die bacteriën zorgen er samen – elkaar opvolgend – voor dat de pH snel daalt en de graskuil snel stabiel wordt. Hiermee wordt de goede kwaliteit van de kuil zoveel mogelijk behouden. Ook de smakelijkheid wordt verbeterd en de voederwaarde gaat dan veel minder snel achteruit. Goed voor uw voersaldo!”.
Droge-stofverliezen halveren
Pioneer heeft ondertussen meer dan 40 jaar ervaring in het ontwikkelen van inkuilmiddelen in gras en mais. Het toevoegen van inkuilmiddel Pioneer 1188 is erg aan te raden, onder meer bij de eerste snede. Koppelman: “Inkuilmiddelen worden vaak nog alleen ingezet als de omstandigheden niet optimaal zijn – bij nat weer bijvoorbeeld. Het rendement van inkuilmiddelen is echter vooral ook hoog wanneer de omstandigheden juist wél goed zijn en je over goed uitgangsmateriaal beschikt.”
Dat toont ook recent onderzoek van adviesorganisatie Groeikracht aan (2021). Bij een proef onder goede omstandigheden, werden de drogestof-verliezen ongeveer gehalveerd, van 13% (bij onbehandeld) naar 7% (bij toevoeging van 1188). Bekijk de video voor de resultaten van dit onderzoek
Pioneer 1188 bevat specifieke selecties van homofermentatieve melkzuurbacteriën (6 verschillende stammen), die de conservering snel en efficiënt laten verlopen. Zo voorkomt u afbraak van het dure eiwit en verbetert u de kuilkwaliteit.
Ruwvoerbrochure 2023
In de brochure ‘Kwalitatief ruwvoer als basis voor een rendabele melkproductie’ gaan Corteva en Pioneer dieper in op een tweetal zaken die bijdragen aan een goede ruwvoerteelt: onkruidbestrijding en inkuilen. Download de brochure hier. Of kijk op www.corteva.nl.
Vragen over onkruidbestrijding in grasland? Neem contact op met:
Allard Jukema
Productmanager Corteva Agriscience
allard.jukema@corteva.com
Vragen over gras inkuilen? Neem contact op met:
Zuid- en West-Nederland
Arjan Geerets
arjan.geerets@corteva.com
Noord- en Oost-Nederland
Oscar Koppelman
oscar.koppelman@corteva.com