Maatregelen bij een verhoogd zuurtegraad in de tank
Zuurtegraad: losse vetzuren
De zuurtegraad is het aantal losse vetzuren in de melk. Bij een te groot vetbolletje of een slecht membraan om het vetbolletje splitst lipase de vetzuren. Hoe meer losse vetzuren, hoe hoger de zuurtegraad van het melkvet.
Een hoog zuurtegraad ontstaat door een verkeerde verwerking van de melk nadat de koe gemolken is.
Invloed op zuurtegraad melkvet
Om een te hoog zuurtegraad te voorkomen is het van belang dat:
> de vetbolletjes zo min mogelijk beschadigen.
> de melkvetbolletjes en het membraan zo stabiel mogelijk zijn.
De volgende factoren hebben invloed op de zuurtegraad van het melkvet:
Luchtinslag
> Voorkom luchtzuigen bij het aansluiten van het melkstel.
> Vervang lekkende slangen of tepelvoeringen.
> Een niet-gesloten melkkolom verhoogt de zuurtegraad.
> Streef naar minder dan 5% mislukte melkingen bij het robotmelken.
Verplaatsen van melk door de melkleiding
> Melkinstallaties waarbij de melk naar boven verplaatst wordt, leveren meer luchtinslag op (in een grupstal of bij een melkrobot).
> (Te) vaak draaien van de melkpomp is een risico.
> Voorkom onnodige verplaatsing van melk (bij een 2e tank).
> Vervoer van melk over lange afstanden door smalle buizen geeft een te hoge stroomsnelheid.
> Zorg voor melkleiding zonder bramen, randen en hoeken in de leiding.
Koelen en roeren
> Voorkom schuim.
> Het vallen van de melk in de tank geeft een grotere kans op beschadiging van de vetbolletjes.
> Voorkom te snel afkoelen van de melk of aanvriezen van de eerste melk.
Grootte van vetbolletjes
> Voorkom een te sterke negatieve energiebalans. Koeien met een sterke negatieve energiebalans verbranden vet uit de lichaamsreserves. Hierdoor hebben zij meer langketen verzadigde vetzuren. Hierdoor zijn de vetbolletjes groter. Grote vetbolletjes zijn gevoeliger voor beschadiging.
> Bij een lagere melkproductie per melkbeurt aan het einde van lactatie zijn de vetboletjes gemiddeld groter.
> Streef daarom bij een melkrobot naar minimaal 8-10 liter per melking.
> Ook bij driemaaldaags melken daalt de melkproductie per melkbeurt, waardoor het vetbolletje groter is.
Fokkerij
> De zuurtegraad van de melk gaat vaak gepaard met een hoger vetgehalte. Tussen koeien varieert het zuurtegraad vet met 0,2 – 0,3 mmol/100 gram vet.
Uiergezondheid
> Bij koeien met een hoog celgetal komt meer lipase vrij. Deze melk is, vooral bij bewaring, gevoeliger voor beschadigingen en dus een hoog zuurtegraad.
Seizoen
> Vanaf juli tot en met december ligt de zuurtegraad hoger dan van januari tot en met juli. De oorzaak is niet bekend.
Voeding
> Problemen met zuurtegraad worden niet veroorzaakt door het rantsoen.
> Het rantsoen kan wel de stabiliteit van de vetbolletjes beïnvloeden.
> Meer onverzadigde (vloeibare) vetzuren in het rantsoen geven kleinere, stabielere melkvetbolletjes. Ook zorgen zij voor een soepelere membraan. De kans op beschadiging is dus kleiner. Verzadigde (harde) vetzuren geven grotere vetbolletjes en hardere membranen.
> Schothorst Feed Research heeft, in samenwerking met Nizo Food Research, uitgebreid onderzoek gedaan naar de invloed van voeding op de zuurtegraad. Bekijk het onderzoek
Meer informatie over de zuurtegraad melkvet
Tekst: Ward Arts, Agrifirm Feed, SFR