‘Te veel eiwit uit veldbonen verdwijnt in veevoer’
De veldboon is aan een gestage opmars bezig in Nederland. Het areaal steeg van 1.100 hectare in 2020 naar 2.500 hectare dit jaar, en zal de komende jaren verder toenemen. De veldboon kan volgens Van der Leij heel goed voorzien in de behoefte van consumenten met voorkeur voor het gebruik van plantaardige en lokaal geproduceerd eiwit. Hij is betrokken bij ‘Bean me up!’, een project van Inholland met samenwerkingspartners als onder andere CAV Agrotheek en innovatieve voedingsbedrijven. Het project stimuleert de regionale teelt van veldbonen die kunnen worden verwerkt in veganistische, vegetarische en flexitarische producten.
„De teelt van veldbonen slaat aan”, vertelt Van der Leij. „Ik merk dat boeren er open voor staan om veldbonen te gaan telen. Maar dat komt voor een groot deel doordat ze het gewas kunnen inzetten als krachtvoervervanger.”
Eigen geteeld eiwit
De lector vindt het jammer dat veel regionaal eiwit in veevoer terecht komt, maar snapt de keuze van boeren wel. „Ze zitten zelf ook in een eiwittransitie naar meer eigen geteeld eiwit. Er zit bovendien geen prijsverschil in de afzet van veldbonen voor humane consumptie en veevoeding. Daarnaast worden er voedselveiligheidseisen aan het gewas gesteld wanneer het voor de humane consumptie bestemd is. Wat ook meespeelt is dat de Nederlandse veldbonen moeten concurreren met de lage prijs van sojaschroot uit landen als Canada en Brazilië.”
Op deze manier dreigt echter de eiwittransitie van regionaal geproduceerd plantaardig eiwit in plaats van dierlijk eiwit niet te slagen en wordt er nog steeds te veel plantaardig eiwit geïmporteerd, vreest Van der Leij.
Financiële ondersteuning
De lector ziet het nut van veeteelt maar pleit er voor om meer teelt van de Nederlandse veldbonen in te zetten voor humane consumptie. „Een voedingspatroon met overwegend plantaardig voedsel is gezonder en beter voor het milieu dan de consumptie van dierlijke producten. Dierlijke eiwitbronnen blijven wel nodig. Dieren zijn namelijk in staat om aminozuren uit bijvoorbeeld gras om te zetten tot goed verteerbare eiwitten voor de mens. Laat een koe dus vooral gras eten en minder soja, tarwe, mais of veldbonen. Ook het vlees wordt daar beter van.”
Om veldbonen in te kunnen zetten voor humane consumptie vindt Van der Leij dat zowel boeren als de verwerkende industrie meer financiële ondersteuning moeten krijgen vanuit het ministerie van LNV. Daar moet men de verantwoordelijkheid nemen om in ieder geval tijdelijk de teelt van veldbonen voor humane consumptie te stimuleren. „Voor de verwerkende industrie kan subsidie drempelverlagend werken, want veel keuzes zijn financieel gedreven. De Nederlandse veldboon moet op die manier meer een concurrent worden van de soja en de bevolking op een gezonde manier van eiwitten voorzien”, aldus Van der Leij.