NMV: meer onderzoek nodig voor nieuwe heffingen waterschap
De NMV reageert hiermee op de voorstellen van de tijdelijke Commissie Aanpassing Belastingstelsel (CAB). Die heeft zich gebogen over een nieuwe manier van het toewijzen van waterschapslasten, volgens het principe 'de vervuiler betaalt'.
Eind december vorig jaar zijn de eerste voorstellen van deze commissie gepresenteerd, met twee nieuwe heffingen voor lozingen uit rioolwaterzuiveringen en uit rioolwateroverstorten. Die zouden de waterschappen ruim 66 miljoen euro moeten opleveren.
Landbouwheffingen
De afgelopen maanden heeft de CAB zich gebogen over nieuwe heffingen (en de hoogte daarvan) voor de landbouw. Het plan is een extra heffing in te voeren voor de uitspoeling van stikstof uit landbouwgrond. De CAB stelt een forfaitaire belasting voor van 1 vervuilingseenheid per hectare, wat neerkomt op zo’n 2.000 tot 8.000 euro per bedrijf, afhankelijk van het aantal hectares en onder welk waterschap het bedrijf valt.
De CAB zou het uitgewerkte rapport begin maart presenteren aan de Unie van Waterschappen. Tijdens de consultatieperiode van het eindrapport kwam echter al zó veel kritiek los, dat de CAB heeft aangegeven die presentatie uit te stellen naar 1 juni, om zich hierop te kunnen beraden.
Veel nog onduidelijk
De NMV heeft ook een kritische zienswijze ingediend op het rapport, en vindt 1 juni voor presentatie van het eindrapport nog steeds te ambitieus. Volgens de melkveehoudersvakbond is het nog lang niet duidelijk hoe het precies zit met de vervuiling van het water vanuit de verschillende bronnen, en wie daarvoor verantwoordelijk is. Zolang die onderzoeken nog niet zijn afgerond en gepubliceerd, is het onmogelijk om een goede afweging te maken of de lastenverzwaring voor de landbouw gerechtvaardigd is, stelt de NMV.
Zo wordt er bijvoorbeeld een deel van de vervuiling die vanuit het buitenland de Nederlandse wateren bereikt en vervuiling door ganzen, óók toegeschreven aan de Nederlandse landbouw, aldus de NMV. "Daarnaast worden er voor nutriënten in het water normen nagestreefd die door achtergrondconcentraties al onhaalbaar zijn. Dit is de wereld op zijn kop."
'Volstrekt onacceptabel'
NMV-voorzitter Harm Wiegersma stelt dat boeren al grote inspanningen leveren voor het schoonhouden van de watergangen. Daarnaast ligt er, zeker binnen de melkveehouderij, ook een grote focus op de opbouw van organische stof in de bodem.
"Er zijn allerlei aspecten waar de waterschappen enorm bij gebaat zijn, en die bijdragen aan goed en effectief waterbeheer en buffering. Het heeft er alle schijn van dat de rekening van de watervervuiling nu ongefundeerd aan onze boeren gepresenteerd dreigt te worden. Dat is voor ons volstrekt onacceptabel."
Wiegersma boert zelf in Rinsumageest (Friesland). "Als wij straks worden aangeslagen voor 1 vervuilingseenheid per hectare, dan betekent dat een verdubbeling van de waterschapslasten", geeft hij aan. "En de rioolwateroverstort van het dorp loopt voor een deel ook over ons bedrijf. Nou, daar heb ik dan ook geen trek meer in. Dan leggen ze maar een betonnen dam aan."
Mesdag Zuivelfonds
De NMV pleit ervoor dat de CAB eerst de onderzoeksresultaten van de verschillende lopende projecten afwacht. "Meten is weten", benadrukt de voorzitter. Zo wijst Wiegersma op lopend onderzoek van het Wetterskip Fryslân, en op het onderzoek dat Geesje Rotgers van vakblad V-focus en Jaap Hanekamp hebben gedaan in opdracht van het Mesdag Zuivelfonds. Zij betwisten de stelling van het CAB, dat de landbouw verantwoordelijk zou zijn voor 60 procent van de stikstof- en fosforbelasting in het oppervlaktewater. Ook spreken zij van onrealistische normen voor die meststoffen in het oppervlaktewater.
Daarnaast zou de beoogde nieuwe heffingssystematiek van de waterschappen in strijd zijn met de richtlijnen van de Europese Commissie, aldus Hanekamp en Rotgers. Hun bevindingen, vervat in het rapport 'De boer betaalt, maar voor welke 'vervuiling'?' worden dinsdag 6 maart gepresenteerd in perscentrum Nieuwspoort in Den Haag.