Koeien Tom Keuper al bijna twee weken buiten
Keuper (38) melkt 110 koeien en past op zijn 44 hectare grasland het Ierse beweidingssysteem toe. "In december en januari houd ik de koeen altijd binnen, ook al zou je in sommige winters zelfs nog tot in december kunnen weiden. Maar ik bewaar het gras voor het vroege voorjaar, voor de nieuwmelkte koeien."
De Achterhoeker werkt met een voorjaarskalvende veestapel. De afgelopen twee weken hebben er al een dikke dertig gekalfd, de komende drie weken verwacht hij nog eens veertig kalfkoeien. "Die wil ik nú gras kunnen aanbieden, dat is belangrijk."
'Net als boerenkool'
Ook al is de temperatuur nog veel te laag voor gras om te groeien, dat maakt niet uit, legt hij uit. "Dit gras van vorig jaar is juist bijzonder voedzaam. Het heeft een hoger suikergehalte en daardoor een gunstiger energie-eiwitverhouding. Vergelijk het maar met boerenkool: dat wordt ook zoeter als de vorst eroverheen is geweest." (Voor wie belangstelling heeft: onderaan het artikel is de vers-gras-analyse van Keuper van februari te downloaden.)
Hetzelfde gras wat in de herfst vanwege het vochtige weer gauw wat te muf wordt, is nu dankzij het schrale zonnige weer juist droog en smakelijk, volgens de veehouder. "Met dit weer vreten ze 't schoon op."
Van Pure Graze naar Iers beweiden
Tom Keuper was een tijdlang pleitbezorger van het Pure Graze systeem, waarbij de koeien bij voorkeur worden ingeschaard in wat langer gras. Daar is hij een aantal jaar geleden mee gestopt.
Tegenwoordig werkt hij op de Ierse manier. Daarbij stuurt hij erop dat hij in het voorjaar drie categorieën heeft: kort, middellang en lang gras. Op het allerkortste gras kan dan in half februari meteen drijfmest worden uitgereden. Het langste gras bewaart hij voor maart, april: "Dan is er meer kans op mooi droog weer. En in het middellange gras weid ik ze nu."
Sinds hij eerder deze maand de koeien naar buiten heeft gedaan, is het eiwit gestegen en het vet gelijk gebleven, geeft hij aan. "Ik zit nu op 5,60 vet en 4,12 eiwit. Maar dat zegt natuurlijk ook niet alles; er zitten veel oudmelkte koeien tussen en aan de andere kant komen er elke drie dagen weer tien verse koeien bij. En de liters zijn nu nog niet heel hoog."
Over op Fries-Hollands
De veehouder is bezig om zijn Holstein-veestapel om te fokken richting Fries-Hollans. De vaarzen zijn inmiddels bijna allemaal voor driekwart FH. "Vooral wat betreft de vruchtbaarheid wordt het steeds makkelijker. De draagtijd is gemiddeld ook een week korter dan bij Holsteins, dus ze hebben ook een week langer de tijd om weer drachtig te worden."
De kleine en lichtere FH-koeien kunnen in Keupers beweidingssysteem bovendien makkelijker de benodigde afstanden afleggen. "En de restwaarde van de kalveren is een stuk hoger. Kijk, als je puur kijkt naar de efficiëntie om gras om te zetten in vet en eiwit, dan is er geen beter ras dan de Jersey. Maar dan moet je er niet bij vertellen wat er met de stierkalfjes gebeurt. Met FH heb je dat maatschappeljike probleem niet."
Keuper zet op 80 procent van zijn koeien een FH-stier. Het ondereind wordt geïnsemineerd met Belgisch Blauw.
Filmpjes
Klik op de onderstaande links voor de korte filmpjes die Tom Keuper met z'n telefoon maakte van zijn weidende veestapel.