Mestfraude: vooral kleine overtredingen en papieren slordigheden
Dit staat in een door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) opgestelde rapport Evaluatieverslag nalevingmeting intermediairen uit 2015 dat minister Schouten van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.
Sinds de publicatie in NRC over fraude in de mestketen, is de aandacht voor mest in Den Haag weer sterk toegenomen en met het toesturen van het rapport houdt de minister de Kamer op de hoogte van de daadwerkelijke cijfers. Deze geven een toch wat genuanceerde en beter in context te plaatsen beeld dan de min of meer pretentieuze berichtgeving in het NRC. Nochtans zijn het aantal overtreding te hoog en POV wil samen kijken naar de oorzaken en oplossingen.
Extra risicovol
De keuze van de 36 bezochte ondernemingen in het rapport is volgens het ministerie a-select tot stand gekomen, waarbij wel is geprobeerd om tot een evenwichtige verdeling te komen voor wat betreft kleine en grote ondernemingen alsmede voor wat betreft ondernemingen met en zonder eigen silo’s.
Manipulatie met in- en uitslagen uit silo’s wordt door NVWA als extra risicovol onderkend en daarom is het plan van aanpak voor deze ondernemingen uitgebreid met vragen over de verantwoording. Alleen intermediairen zijn bezocht die dierlijke mest verhandelen en transporteren.
Ondernemingen die op jaarbasis minder dan 20 transporten verzorgen zijn uitgesloten van deze meting, omdat ze te weinig massa hebben om te onderzoeken, en ook te weinig impact op de sector.
Tekortkomingen vervoersbewijzen
Van de gerapporteerde 36 onderzoeken zijn er 14 niet akkoord bevonden. Dat geeft een eerste nalevingcijfer van 61 procent. De meeste tekortkomingen hebben betrekking op de vervoersbewijzen.
In totaal zijn er bij de 36 bezochte intermediaire ondernemingen 2514 vervoersbewijzen onderzocht. Bij de VDM’s van 24 ondernemingen zijn geen onregelmatigheden opgevallen. Bij 12 ondernemingen waren VDM’s niet akkoord. Bij één onderneming bleken alle, in totaal 1071 VDMs, niet correct te zijn opgemaakt.
Gebreken in de siloverantwoording
Van 36 bezochte intermediaire ondernemingen hebben er 13 silo’s in gebruik voor de tussenopslag van dierlijke mest. Bij vier ondernemingen is de siloverantwoording niet in orde. Hier kan niet nagegaan wat de herkomst van de silo inhoud is en of het voldoet aan de gestelde eisen van minimaal 50 procent dierlijke mest en alleen toegelaten stoffen voor covergisting.
Er is tevens vastgesteld dat verschillende silo’s niet langer in gebruik zijn, maar nog wel geregistreerd staan bij RVO.nl. Deze horen binnen 30 dagen te zijn afgemeld. Er is in deze gevallen afgesproken om de registratie bij RVO.nl door te laten halen.
Geen bijzonderheden mestmonsters
Er is door de inspecteurs ook naar de behandeling van de mestmonsters gekeken. Op slechts negen ondernemingen waren monsters aanwezig. Hier zijn door de inspecteurs geen bijzonderheden opgemerkt. In twee onderzoeken is vastgesteld dat er een onjuiste Gecombineerde opgave/AGL is gedaan In beide gevallen is een boeterapport voor RVO.nl opgemaakt.
Er zijn bij een onderneming aanwijzingen gevonden dat er kunstmest in silo’s is gestort om de mineralengehaltes te verhogen en dat spuiwater is gelost in een van de mestsilo’s. Deze niet toegestane bijmengingen ontbreken in de siloverantwoording. De onderneming is gewezen op de risico’s hiervan en te kennen gegeven dat bij vaststelling verbaliserend zal worden opgetreden.
Tekst: Reinout Burgers
Al bijna 25 jaar volg en schrijf ik als journalist onder meer over de varkenshouderij en pluimveehouderij. Twee uiterst boeiende en dynamische sectoren met veel gepassioneerde ondernemers.
Tekst: RVO
Beeld: Ellen Meinen