Droog voorjaar plaagt ondergronds strokenploegen
De ondergrondse strokenploeg is ontwikkeld door ex-melkveehouder Henk Pol uit Uffelte (DR), als vervanger van de bestaande strokenfrees. De machine maakt een rug onder de zode, waarbij de zode intact blijft en tegen de helling van de los geploegde grond ligt. De vloeibare kunstmest wordt onder de zode op de losse rug gespoten en de drijfmest wordt vooraf geïnjecteerd en ligt op de helling van de zode. Alle bewerkingen worden gedaan middels GPS.
Bert Vedder uit Ruinerwold (DR) is één van de veehouders die het maïsland liet bewerken met een ondergrondse strokenploeg. Hij teelde de maïs op grasland wat hij wil vernieuwen. „Op dit perceel teel ik normaliter geen maïs omdat het wat lager ligt en er eerder kans is op structuurschade tijdens de oogst. Door te zaaien met een strokenploeg blijft de zode behouden en heb je meer draagkracht”, vertelt de veehouder. Door omstandigheden werd de mais pas eind mei gezaaid. „Door het droge voorjaar kwam een deel van de maïs niet, of veel later op. De maïs die is opgekomen staat er wel goed voor. Ook vorig jaar heb ik een deel van de maÏs op deze manier gezaaid en toen ging het prima.” Voor Vedder is de tegenvallende opkomst geen reden om te stoppen met het ondergronds strokenploegen. „Wanneer er in het voorjaar voldoende vocht valt, is het een prima systeem.”
Verrast door herstel
Ook bij Henro Wind, die eveneens boert in Ruinerwold, duurde het lang voor de maïs opkwam waarbij de grond werd bewerkt met de strokenploeg. Het herstel verraste hem echter. „Ik dacht eerst dat de teelt grotendeels zou mislukken, maar het is behoorlijk bijgetrokken. Wel verwacht hij veel later te kunnen hakselen door de late opkomst. Ook Wind zou, met in het achterhoofd de risico´s bij droogte in het voorjaar, wel weer inzetten op deze bewerking. „Je bent flexibeler doordat je makkelijk maïs teelt op percelen die wat structuurgevoeliger zijn."
Zelf geen grondbewerkingen toepassen
De ervaringen van Klaas Visscher uit Rouveen (OV) komen overeen met die van Vedder en Wind. Door de droogte in combinatie met de nieuwe techniek, verwacht hij geen 40-45 ton maïs zoals doorsnee maisjaren, maar 30-35 ton te kunnen oogsten. „Als ik het weer zou doen, dan zou ik wat vroeger zaaien.” Visscher zegt altijd wel in te zijn voor nieuwe dingen „Naast het voordeel dat je ook op lagere percelen mais kunt zaaien, scheelt het mij ook werk omdat ik zelf geen grondbewerkingen hoef toe te passen.”
Klik hier voor een korte video van het ondergronds strokenploegen.