BEP-pilot levert dit jaar 20 kilo extra fosfaatruimte
De pilot met bedrijfsspecifieke fosfaatexcretie (BEP) ging in 2014 van start. De pilot is bedoeld voor melkveehouders die middels de KringloopWijzer kunnen aantonen dat ze een hogere gebruiksnorm nodig hebben dan de generieke norm, omdat ze hogere gewasopbrengsten realiseren.
Daarbij wordt steeds uitgegaan van de gemiddelde fosfaatbalans van de drie jaren ervoor. Zo is de gebruiksruimte voor 2017 berekend op basis van de KringloopWijzer-resultaten van 2014, 2015 en 2016.
103,9 kilo fosfaat
Voor de 192 deelneemers aan de pilot kwam de gemiddelde BEP-norm in 2016 uit op 103,9 kilo fosfaat, terwijl de forfaitaire norm 83,1 kilo was. De ruim 20 kilo extra fosfaatruimte mogen ze in 2017 benutten. Vorig jaar hadden ze gemiddeld 16,8 kilo extra fosfaatruimte. Dat het verschil dit jaar groter is, is te danken aan het groeizame weer in het voorafgaande jaar, volgens Douma.
De deelnemers aan de BEP-pilot ontvingen begin mei hun beschikking waarin staat hoeveel gebruiksruimte ze hebben. De resultaten variëren volgens Douma van 5 tot soms wel 40 kilo extra dit jaar.
Centrale database KringloopWijzer
De BEP-pilot maakt dit jaar voor het eerst gebruik van de Centrale Database KringloopWijzer. Veel ondernemers moesten nog wennen aan het systeem. Daarnaast konden niet alle bedrijven hun gegevens goed kwijt in de database. Ondernemers moesten, na controle van de ingevoerde gegevens door pilotmedewerkers, zelf gegevens aanpassen. Daarom kon pas op 18 april de lijst met deelnemers bij RVO worden ingediend en ontvingen de deelnemers pas begin mei hun beschikking.
