Nieuw zuivelconcept: melk van individuele koe

Baan (36) heeft het idee ontwikkeld als deelnemer was aan de Masterclass Stad-Platteland 2016-2017. Dit is een initiatief van het Food Cluster van de gemeente Rotterdam en de Wageningen Universiteit. Doel is om als voedselproducent nieuwe manieren te verzinnen om je producten af te zetten in de stad.
Melkrobot
Baan melkt met een melkrobot. "Het idee is: de robot melkt de koeien één voor een. In plaats van naar de tank, pomp ik de melk in een vulmachine.” De melk wordt gepasteuriseerd en individueel gelabeld, met de naam van de koe voorop en op de achterkant informatie over onder meer de afkalfdatum en het vet- en eiwitgehalte.
Smaakverschil
Want hoewel alle koeien in principe hetzelfde rantsoen krijgen, zit er nog behoorlijk smaakverschil tussen de melk van de ene of de andere koe, weet hij. Het vetgehalte varieert tussen de koeien onderling van 3 tot 6 procent, en het eiwitgehalte van 3 tot 5 procent.
De Elke Melk wordt daarom in drie smaakvarianten verkocht: romig, fris (iets magerder) of zoet. De Zuid-Hollandse melkveehouder vertelt dat hij mede geïnspireerd is door 'melksommelier' Bas de Groot en de Melksalon in Amsterdam, die zijn initiatief ook een warm hart toedragen.
Kostprijs
Baan heeft het Elke Melk-concept 31 maart gepresenteerd, tijdens de slotmanifestatie van de Masterclass in de Rotterdamse Markthal. Hij is nu in gesprek met een ontwikkelingsbureau om de benodigde pasteurisatie- en vultechniek uit te werken. "Voor de afsluitende presentatie van de Masterclass had ik 31 flesjes met de hand gepasteuriseerd en afgevuld, daar was ik bijna een dag mee bezig", geeft hij aan. "Dan kom je op een kostprijs van een tientje per liter."
Machinaal moet een kostprijs tussen de 80 cent en 1 euro haalbaar zijn. In de supermarkt zou de Elke Melk dan 1,20 à 1,40 moeten kosten. Gesprekken met de retail lopen, aldus Baan. Als hij met een afzetkanaal tot overeenstemming kan komen, en de ontwikkeling van de techniek verloopt eveneens voorspoedig, dan moet de Elke Melk over een half jaar in de schappen kunnen liggen, hoopt hij.
Band tussen burger en boer
Doel is dat de burger weer een directere band krijgt met het product en met de boer. In Rotterdam weten kinderen niet beter of melk komt van een fabriek, volgens de melkveehouder.
Bij het melkveebedrijf de Hazendonkhoeve hoort tevens een kinderdagverblijf. De melkveehouder krijgt redelijk wat burgers in de stal. Het valt hem op dat veel mensen verbaasd zijn dat hij als gewone, gangbare boer ook al heel veel doet voor het milieu en – zelfs nu de marges laag zijn – goed voor de koeien blijft zorgen.
Uitknijpen
"Mensen hebben vaak het idee dat boeren bij lage prijzen de koeien juist extra gaan uitknijpen. Maar als ik dat doe, ben ik over een jaar geen boer meer." Lage marges verplichten boeren om juist extra hun best te doen om de veestapel gezond te houden. Veel mensen hebben daar geen weet van, ervaart hij. "Dat verhaal moeten we naar buiten zien te brengen."

Tekst: Gineke Mons
Gineke Mons (1970) groeide op op een biologisch melkveebedrijf in Gelderland. Na haar studie journalistiek werkte ze 13 jaar bij het Agrarisch Dagblad. Sinds 2008 is ze freelance (landbouw)journalist, met het accent op veehouderij en diergezondheid.
Beeld: Elke Melk, Mattijs Baan