Rassenkeuze: niet te vroeg en niet te laat
De Kruif wil aan de ene kant zijn maïs tijdig van het land hebben om structuurschade in de herfst te voorkomen, maar wel gaan voor een zo hoog mogelijke opbrengst en kwaliteit. „Ik wil geen zeer vroege rassen, want dat gaat ten koste van de opbrengst. Een middenvroeg ras rijpt mij te laat af. Daarom kies ik rassen uit de klasse vroeg.”
Binnen de klasse vroeg zoekt De Kruijf wel de rassen die bij de grond passen. De kleigrond bij De Kruijf is namelijk erg verschillend wat betreft de afslibbaarheid. Om de maïs op zwaardere grond tijdig rijp te krijgen, kiest de veehouder daar voor een ras wat eerder afrijpt. Op het gedeelte van het perceel met lichtere klei, past hij een ras toe met een iets hogere FAO, maar daarmee wel een hogere opbrengst kan geven.