Van Dam: eerst meer onderzoek naar weidegang
Voor dat er eventueel gestart kan worden met een wettelijke borging, is het van belang om scherp in beeld te hebben wat de mogelijkheden en de voor- en nadelen zijn, aldus de bewindsman.
Van Dam heeft de universiteit van Wageningen en het centrum voor landbouw en milieu CLM inmiddels gevraagd om dit onderzoek gezamenlijk uit te voeren. Streven is dat het onderzoek medio juni dit jaar wordt afgerond, zodat hij de Kamer nog voor het zomerreces kan informeren over de vervolgaanpak.
Motie Ouwehand
Met het onderzoek zegt Van Dam invulling te geven aan de motie van Esther Ouwehand van de Partij voor de Dieren, die 23 februari werd aangenomen door een meerderheid in de Tweede Kamer. De PvdD vindt dat weidegang wettelijk verplicht moet worden. De partij kreeg daarin bijval van de PvdA, D66, GroenLinks, de SP, de PVV en Monasch.
Dat de motie werd aangenomen – op de laatste officiële werkdag van de Tweede Kamer voor de verkiezingen – kwam als een grote verrassing. De motie was eerder weggestemd. Echter, de PVV was van mening veranderd en stemde eind februari vóór in plaats van tegen, wat 12 stemmen scheelde.
'Dit had nooit mogen gebeuren'
Begin maart echter bekende D66'er Arend Meijer (tijdens een verkiezingsavond van LTO-Noord in Markelo) dat de hele fractie van D66 het erover eens was dat ze nóóit voor verplichte weidegang hadden moeten stemmen. "Het is één van de domste dingen die we de afgelopen tijd gedaan hebben", beleed hij. "Dat had nooit mogen gebeuren."
'Te weinig verstand'
Volgens Meijer hebben de meeste Kamerleden er gewoon te weinig verstand van en is de beslissing vooral genomen op basis van emotie. "Als ik er bij was geweest, had ik wel uitgelegd hoe het echt zit", zei hij in Markelo.