Stelling: Sloten dempen voor behoud mestplaatsingsruimte
De minister scherpt de regels versneld aan om volledig aan de vorige jaar verkregen derogatiebeschikking van de Europese Commissie te voldoen.
De breedte van een bufferstrook is afhankelijk van het type waterloop waar het aan grenst. Voor een ecologisch kwetsbare waterloop geldt een breedte van 5 meter, voor een waterloop dit valt onder de Kaderrichtlijn Water (KRW) geldt eveneens een breedte van 5 meter. Naast overige waterlopen is een bufferstrook van 3 meter verplicht en voor een droge sloot geldt een breedte van 1 meter. Een bufferstrook mag soms smaller worden wanneer de bufferstroken samen meer dan 4 procent van het topografisch perceel beslaan.
Om het verlies van mestplaatsingsruimte op te vangen gaan melkveehouders op zoek naar mogelijkheden om de impact zo klein mogelijk houden. Een van opties is om daar waar het is toegestaan sloten te dempen. De perceelbegrenzing – de insteek van de sloot – schuift daarmee enkele meters op. Maar het dempen van sloten is wel aan regels en voorschriften gebonden.
De Unie van Waterschappen laat weten dat agrariërs (maar ook anderen) niet zomaar watergangen mogen dempen. Het kan bijvoorbeeld de doorstroming verminderen en de waterkwaliteit kan erdoor afnemen. Elk waterschap heeft hiervoor regels. Die regels verschillen per waterschap. Algemeen geldt wel dat er toestemming gevraagd moet worden aan het waterschap en dat de voorwaarde om een watergang te dempen is dat het percentage oppervlaktewater behouden blijft.
De juridische borging van de nieuwe derogatieregels wordt nog vastgelegd in wet- en regelgeving.