Roep om Europese beperking melkproductie neemt toe
Dat was de boodschap die de BCZ, vergelijkbaar met de NZO in Nederland, meegaf op haar jaarvergadering, meldt de Vlaamse nieuwssite Vilt.
Door de melkproductiestijging in 2015 is de zuivelmarkt in onbalans geraakt. De Belgen verwerkten in 2015 4,1 miljard liter melk of 3 procent meer dan in 2014, maar de omzet daalde door de lage melkprijzen met 17,7 procent. Tegelijkertijd bleef de Russische exportmarkt op slot en sputterde de Chinese groeimotor.
In andere regio’s is hierop gereageerd met een verlaging van de melkproductie, maar niet in Europa, stelde BCZ-bestuurder Renaat Debergh. Hij pleit daarom voor een tijdelijke productievermindering om de markt weer wat ademruimte te geven. Hoe die vermindering gerealiseerd moet worden, daar liet hij zich niet over uit. Hij vindt dat dat iets is waar de sectororganisaties eens over moeten nadenken.
Crisisplan
Ook elders in Europa gaan er stemmen op om de melkproductie tijdelijk te verminderen. Die aanpak is namelijk ook onderdeel van het crisisplan van de christendemocraten in het Europarlement.
En onlangs zijn ook Polen, Duitsland en Frankrijk het op een vergadering in Warschau (ter voorbereiding van de Europese Landbouwraad op 27 en 28 juni) erover eens geworden dat een financiële stimulans vanuit Europa nodig is om een vrijblijvende melkproductievermindering te stimuleren.
Financïele stimulans
De Europese boerenkoepel Copa is eveneens pleitbezorger van een financiële stimulans voor een productieremmend systeem. Wanneer de productie vrijwillig beperkt moet worden zonder dat er een vergoeding tegenover staat, kijken alle landen naar elkaar zoals ook melkveehouders onderling hopen dat de buren op de rem trappen zodat ze het zelf niet moeten doen, aldus Vilt.
Lichtpuntjes
BCZ-bestuurder Debergh ziet wel enkele lichtpuntjes op de zuivelmark. Zo is de melkproductie in Zuid-Amerika en in Oceanië gedaald, de uitvoer naar China leeft weer op, het verbruik van zuivel in de USA neemt sterk toe en de noteringen van boter zijn gestegen.
Tegelijkertijd benadrukt Debergh dat deze prille positieve signalen op zich niet sterk genoeg zijn om de zuivelmarkt fundamenteel te laten herstellen. Wat China betreft, merkt Debergh nog op dat het voor Europese zuivelexporteurs moeilijk concurreren blijft met Nieuw-Zeelandse zuivel die makkelijker zijn weg vindt naar de Chinese markt, aldus Vilt.
