‘Maïsteler mede verantwoordelijk voor behoud waterkwaliteit’
Dit zegt Michiel Bosdijk, productadviseur bij BASF. Hij sprak vorige week op het Topmaïs-evenement in Etten Leur.
Volgens Bosdijk zijn er de afgelopen jaren flinke stappen gemaakt waardoor emissies van gewasbeschermingsmiddelen naar het oppervlaktewater en nitraat naar het grondwater flink zijn teruggedrongen. „Maar er is meer nodig om de waterkwaliteit te borgen en de beschikking te houden over een effectief middelenpakket."
Bosdijk vertelt dat tussen 1998 en 2010 een afname van de milieubelasting door gewasbeschermingsmiddelen is gerealiseerd van 85 procent. „Dit is een mooi resultaat waar we als sector trots op mogen zijn”, merkt hij op. Toch is de sector er volgens de productadviseur nog niet. „De doelen ten aanzien van de waterkwaliteit die vanuit Brussel zijn gesteld, worden nog niet gehaald. Daarom heeft het Kabinet zich in samenspraak met maatschappelijke organisaties ten doel gesteld in 2018 het aantal normoverschrijdingen met 50 procent terug te dringen in vergelijking met 2013. In 2023 moet deze reductie 90 procent zijn.
Loonwerker beoordelen op naleving
Volgens Bosdijk is vooral de erfemissie een belangrijke bron van de normoverschrijdingen. Minstens 50 procent van de normoverschrijdingen in het oppervlaktewater blijkt afkomstig van het erf. Hij noemt als voorbeeld het onzorgvuldig vullen, reinigen en stallen van de spuitmachines.
De bal ligt volgens Bosdijk bij zowel gewasbeschermingsmiddelenfabrikanten, loonwerkers en de gewasbeschermingsmiddelen adviseurs, maar ook bij de telers. „De fabrikant van middelen heeft onder andere als taak om voorlichting te geven over het juiste gebruik van middelen. De loonwerker kan op zijn beurt kijken hoe hij tijdens het spuiten voor zo weinig mogelijk emissie kan zorgen. Daarnaast is het zorgvuldig naleven van de etiketten heel belangrijk. De gewasbeschermingsmiddelen adviseur heeft hierin een belangrijke rol als voorlichter. De maïsteler dient na te gaan of zijn eigen loonwerker nauwkeurig met gewasbeschermingsmiddelen omgaat en emissiebeperking serieus neemt.”
Afwateringsgreppel
Ook kan de maïsteler er voor zorgen dat de percelen over een goede structuur beschikken waardoor minder plasvorming optreedt, stelt Bosdijk. „Hierdoor is het minder snel noodzakelijk greppels voor afwatering naar de sloten te frezen waardoor normoverschrijdingen van gewasbeschermingsmiddelen door perceel afspoeling minder vaak optreedt.” Bosdijk geeft aan dat wanneer de structuur van een perceel toch slecht blijkt te zijn en greppels frezen noodzakelijk is voor een goede afwatering, overwogen kan worden een zogenaamde lagunegreppel te frezen of ploegen haaks op de afwateringsgreppel. „Hierdoor wordt dan deels voorkomen dat water rechtstreeks van het perceel in de sloot belandt.”
Nitraatuitspoeling
Om de door Brussel opgestelde nitraatnorm voor grondwater te halen wordt door het Kabinet gekeken of aanvullende maatregelen nodig zijn. Maïstelers kunnen volgens de productadviseur ook zelf wat doen om de nitraatemissie te beperken. Als voorbeeld noemt hij het toevoegen van een nitrificatieremmer aan drijfmest. Die zorgt ervoor dat ammonium vertraagd wordt omgezet naar nitraat. „Uit proeven van BASF met het middel Vizura, is gebleken dat nitraatuitspoeling naar de diepere grondlagen met 20 tot 30 procent kan worden verminderd”, aldus Bosdijk. „Een bijkomend voordeel is dat de mais- en grasgewassen een betere stikstofbenutting kennen.”
Tot slot noemt Bosdijk de website www.toolboxwater.nl. Hierop wordt praktische informatie gegeven over hoe emissies van gewasbeschermingsmiddelen kunnen worden verminderd. Ook kan hierop een erfemissiescan worden ingevuld. Deze toolbox is ontwikkeld door Nefyto, Agrodis, LTO Nederland en de Unie van Waterschappen.