‘Selectie op basis van genomische duurzaamheid niet mogelijk’

Het doel van het onderzoek was om te kijken of de door KI Kampen ingezette stieren een hogere dochterfokwaarde krijgen ten opzichte van de verwachtingswaarde, dan stieren van andere KI-organisaties. Op zijn website beschrijft de opdrachtgever dat het toegepaste selectiebeleid werkt.
Voorspellend vermogen sterk
KI Kampen heeft de CRV-genomicstest beschikbaar voor haar jonge stieren en uit de vergelijking van Eelke de Wit tussen de aanvankelijke genomicsfokwaarden en de latere dochterfokwaarden blijkt dat het voorspellend vermogen voor de kenmerken kilogram melk, percentage vet, percentage eiwit, Inet, celgetal, melksnelheid, hoogtemaat, kruisligging, beenstand zij, uierdiepte, speenlengte, uier en totaal exterieur sterk is.
Duurzaamheidskenmerken niet te voorspellen
Het voorspellend vermogen voor de kenmerken frame, benen, levensduur, vruchtbaarheid en de totaalindex NVI blijkt daarentegen zwak tot matig. „Het is dus niet mogelijk voor KI-organisaties om stieren op basis van de genomische fokwaarden voor deze kenmerken te selecteren. Er kan geen betrouwbare schatting worden gemaakt en daarom moeten KI-organisaties stoppen met het enkel selecteren van jonge stieren op basis van genomische fokwaarden, met name op de duurzaamheidskenmerken”, luidt de conclusie.
„Jonge stieren met lagere genomische fokwaarden kunnen later gemakkelijk de hoogste dochterfokwaarden noteren. Met het huidige systeem worden talentvolle jonge stieren over het hoofd gezien, doordat de genomische fokwaarden niet hoog genoeg zijn.”
Tekst: Anne Hiemstra
Beeld: Alger Meekma