Column: Voer verzamelen in Roemenië
„Nou, ik kan je foto’s laten zien van ons tweede jaar hier, vijftien jaar geleden. Toen we de maïs er pas in december af kregen. We moesten toen inkuilen in de sneeuw”, vertelde ik hem. Maar ik begreep zijn frustratie. Alles is er af, op de laatste hectare na. Die we er niet af konden krijgen, omdat er een stuk ijzerdraad in de maïs lag (gegooid was), waardoor de bek van de maishakselaar kapot ging. Normaal zit er natuurlijk een metaaldetector op zo’n hakselaar. Maar ja, die hebben we al eerder bij een andere reparatie moeten uitschakelen, omdat de hakselaar het anders niet meer deed.
Het lijkt dit jaar wel een gebed zonder eind, de maïs. Was het de hele zomer snikheet en gortdroog, begon het eind augustus, net toen we onze mais eraf wilden halen, te regenen dat het niet meer ophield. Elk jaar komen onze oudste neven uit Nederland twee weken helpen met de maïsoogst en is het altijd erg gezellig, hoewel ook chaotisch. Het gaat natuurlijk nooit vanzelf en het is altijd een dans van hakselen, stilstaan, repareren, onderdelen bestellen, problemen oplossen en weer verder hakselen. Maar we hadden eigenlijk nog nooit mee gemaakt dat de weersomstandigheden ook één van die ‘problemen’ konden zijn. Waar je helaas dus niets aan kunt ‘oplossen’.
Lees verder onder de foto's.
Na twee weken van hakselen tussen de buien door, stond twee derde van de maïs nog steeds op het land. Gelukkig werd het langzaamaan steeds beter weer en konden we het in horten en stoten alsnog van het land krijgen. Tot aan de botsing met het ijzerdraad dus. Maar op dat moment moest de laatste snee luzerne ook hoognodig van het land af, dus zijn we in plaats van maïs, maar luzerne gaan hakselen.
Door de sluiting van de suikerfabriek missen we 1.000 ton bietenpulp die we normaalgesproken elk jaar inkuilen. Voer dat we nu op een andere manier bij elkaar moeten zien te krijgen. We mochten van de grote staatsstoeterij hun laatste snee luzerne hebben, omdat ze er zelf geen hooi meer van konden maken. Wat dan weer wel mooi was van al die regen aan het eind van de zomer, was dat de laatste snee luzerne er, in tegenstelling tot andere jaren, dit jaar erg weelderig bij stond. Daar hebben we nog mooi wat voer van kunnen maken.
Een andere optie waar Michel nu achteraan gaat, is balen maken van de maïsstengels die op het land achterblijven na de maïskolvenoogst. Bijna alle maïs wordt hier geteeld voor de maïskolven. Kleine boertjes die de maïskorrels voeren aan hun varkens en kippen. Dus van die percelen met maïsstengels zijn er genoeg te vinden in de buurt. Dan moet alleen niet de trekkerchauffeur in een spijker stappen en de balenpers kapot gaan. Hopelijk lukt het ons nog om een heel stel van die balen te maken. Daar kunnen we gerust de pinken mee bijvoeren.
Lees verder onder de video.
Afgelopen voorjaar hebben we zitten denken wat te voeren/ zaaien nu de bietenpulp weg valt. We hebben aan hennep gedacht, maar dat was op zo’n korte termijn toch te ingewikkeld. We kwamen met het gewone landwerk al bijna niet rond doordat we extra grond hadden aangekocht. En ook omdat een deel van die grond nog ontgonnen en gelijk gemaakt moest worden. Maar wat wel gelukt is, is een experiment met soedangras (sorghum). Dat hebben we pas op het laatste moment gezaaid, toen alle maïs eindelijk in de grond zat. En we waren blij verrast dat het überhaupt zo laat nog op kwam. En helemaal toen het op gegeven moment zelfs boven de maïs uit begon te groeien. Daar gaan we dus meer van zaaien. We willen dan eerst winterrogge telen om in het voorjaar te maaien voor het jongvee. En dan daarna dus nog het soedangras er achteraan.
Ik zie nu Michel en onze medewerker voorbij rijden met de hakselaar en een opraapwagen. De maïsbek is blijkbaar dus weer gerepareerd en nu gaan ze hem uitproberen. Duimen dat hij het weer doet en dat ze de laatste hectare eraf krijgen. Michel komt terug met een volle vracht en dat is dus goed nieuws! Onze oudste zoon mag de trekker overnemen en de laatste vrachtjes binnen halen. Hij straalt van oor tot oor. Zijn dag is helemaal goed.