Hoog drogestofgehalte en minder zetmeel in maïskuilen
De gevolgen van de droogte van afgelopen zomer zijn goed terug te zien in de drogestofgehalten van de maïskuilen die Eurofins onderzocht. Gemiddeld bevatten de maïskuilen dit jaar 41,1 procent drogestof, terwijl het langjarig gemiddelde 37,3 procent bedraagt (zie ook overzicht kengetallen onderaan dit artikel).
In het oosten en zuiden van het land werden drogestofgehalten gemeten van respectievelijk 42 en 42,3 procent, in Noord-Nederland 37,9 procent. Met 980 valt de VEM iets lager uit dan het langjarig gemiddelde.
Lager zetmeel
Door de droge groeiomstandigheden bleef ook de kolfzetting en het zetmeelgehalte achter. Het gemiddelde zetmeelgehalte ligt dit jaar op 336 g/kg ds, een stuk lager dan het langjarig gemiddelde van 361 g/kg ds.
Net als bij het drogestofgehalte laat het zetmeelgehalte een grote spreiding zien afhankelijk van de regio. In Zuid-Nederland werd een gemiddelde zetmeelgehalte gemeten van 345 g/kg ds en in het oosten 326 g/kg ds.
Het bestendig zetmeel is met 26 procent wat lager dan andere jaren. Dit zorgt voor een lager hoeveelheid aan bestendig zetmeel van 89 g/kg ds in de maïskuilen dit jaar, tegenover een langjarig gemiddelde van 103 g/kg ds.
Lees verder onder de grafiek
Meer broeigevoelig
Drogere maïskuilen zijn broeigevoeliger omdat deze moeilijker te verdichten zijn tijdens het inkuilen. Dat is ook terug te zien in de analyses van de kuilen. Ten opzichte van vorige jaren is het aantal kuilen in de categorieën ‘groot risico’ en ‘zeer groot risico’ (zie grafiek hierboven) flink toegenomen. Eurofins adviseert om voor deze kuilen voldoende voersnelheid aan te houden van minimaal 1,5 tot 2 meter per week om de kans op broei zoveel mogelijk te verkleinen.
Snelle energie wenselijk
De opneembaarheid van de gemiddelde maïskuil is dit jaar wat trager dan andere jaren. Dit komt door zowel het hoger drogestofgehalte als door het lagere zetmeelgehalte en dus hoger aandeel celwand in het voer.
Wanneer de kuil vroeg in het seizoen wordt geopend, zal een aanvulling met snelle energie volgens Eurofins wenselijk zijn. Het bedrijf verwacht dat ondanks de relatief goede VEM de voerwaarde van met name drogere maïskuilen tegenvalt. Daar komt bij dat de opname door de hogere verzadigingswaarde van gemiddeld 0,94, de opname van maïs iets kan achterblijven ten opzichte van andere jaren.
Samenstelling maïskuilen 2022 in vergelijking met langjarig gemiddelde
2022 | langjarig gem. | |
Droge stof (g/kg) | 411 | 373 |
VEM | 980 | 983 |
VCOS (%) | 76,3 | 76,4 |
Zetmeel (g/kg ds) | 336 | 361 |
Bestendig zetmeel (%) | 26 | 28 |
Bestendig zetmeel (g/kg ds) | 89 | 103 |
NDF (g/kg ds) | 404 | 363 |
NDF verteerbaarheid (%) | 56,9 | 51,7 |
ADF (g/kg ds) | 224 | 204 |
Verzadigingswaarde | 0,94 | 0,85 |