Fryslân schort vergunningverlening voor stikstof op

Door de uitspraak van de Raad van State over de werking van emissiearme stallen, is het onzeker of deze stallen in de praktijk doen wat ze beloven en of de beloofde afname stikstuitstoot daadwerkelijk wordt behaald. Deze uitspraak heeft gevolgen voor de vergunningverlening, aangezien de hoeveelheid stikstof dat uitgestoten mag worden (de vergunde ruimte) is berekend op de werking van het stalsysteem. Voor emissiearme stallen wordt rekening gehouden met een lagere stikstofuitstoot dan bij traditionele stallen. Echter, als er twijfel bestaat over de effectiviteit van emissiearme stallen kan de stikstofuitstoot niet met de vereiste zekerheid in kaart worden gebracht en kan er op basis van die twijfel geen vergunning worden verleend.
Hoewel de uitspraak alleen betrekking heeft op staltypen A1.28 en A1.13, kan uit de uitspraak afgeleid worden dat dit gevolgen heeft voor andere staltypen. De werking van stalsystemen is vastgelegd in Rav-codes (Regeling Ammoniak en Veehouderijen). De Rav-codes worden gebruikt in een voortoets of passende beoordeling op basis waarvan de vergunning wel of niet wordt verleend.
Na de jaarwisseling uitspraak over stand van zaken
Zolang er onduidelijkheid is over de werkzaamheid van de emissiearme stalsystemen en de bijbehorende Rav-codes, heeft provincie Fryslân de vergunningverlening in elk geval tot 1 januari 2023 stilgelegd. Na de jaarwisseling zal Provincie Fryslân een uitspraak doen over de stand van zaken en hopen zij meer duidelijkheid te kunnen verschaffen over de houdbaarheid van de vergunningverlening op het onderdeel stikstof.