Overjarige kuil voeren, wat zijn de gevolgen?
Sinds de omschakeling naar een andere kuil, is de mest dun tot zeer dun, kenmerkend voor pensverzuring. Het betreft dieren die zowel veel als weinig krachtvoer krijgen, hoewel de nieuwmelkte koeien er meer last van hebben.
Overschakelen naar vierde snede 2020
De koeien worden overdag ongeveer 8 uur geweid. Op stal wordt er ongeveer 10 kilo product aan maïs (ongeveer 3,5 kilo droge stof) bijgevoerd. Tot voor kort kregen de koeien nog een nazomerkuil van 2021. Toen deze opraakte, schakelde de veehouder over op een vierde snede van 2020 (begin september gemaaid). Dit gras bevat een vergelijkbare voederwaarde van rond de 880 VEM met 180 ruw eiwit bij iets over de 50 procent droge stof, 80 gram suiker met onder gemiddelde verteringssnelheid (231 gram ruwe celstof, 76,8 VCOS en 68,4 NDF-verteerbaarheid per kilo droge stof).
Goed geconserveerd
De kuil is gezien de voldoende lage pH (5,2) goed geconserveerd. Alleen de ammoniakfractie ligt met 9 iets aan de hoge kant. Verder valt het hoge aandeel Ruw as op van 128 gram. De enige aanleiding wat zou kunnen leiden tot dunnere mest, is de Onbestendig EiwitBalans (OEB) van ruim 66. Het ureumgehalte van 18 geeft desondanks geen aanleiding om te denken dat er een flinke overmaat aan eiwit in de pens gevoerd wordt.
Vraag aan collega’s
Uit onderzoekt blijkt dat overjarige kuil een negatieve invloed heeft op de voeropname. Maar volgens de betreffende veehouder vreten de koeien de kuil wel goed. Daarom wil hij graag weten wat de invloed kan zijn van het feit dat de kuil al een jaar langer zit. Wat doet dit op de voederwaarde en de verteringssnelheid van de kuil? En wat is de waarde dan nog van een kuilanalyse?
Reageren
Wat zijn de ervaringen van andere melkveehouders met het voeren van overjarige kuil? Zijn er vergelijkbare symptomen of juist niet? Is het nog afhankelijk van het type kuil? Reageer hieronder op deze Praktijkvraag.