Eigen ruwvoer scoort hoog in BEP
Dit blijkt uit een inventarisatie van 404 bedrijven in studiegroepen van Dirksen Management Support (DMS).
Intensief
Bedrijven met een intensievere bedrijfsvoering, een lager fosfaat-gehalte in het rantsoen en een hogere melkproductie per koe, realiseren ook meer voordeel met BEP.
De melkveebedrijven in de database van DMS hadden gemiddeld een fosfaatoverschot van 7,6 kilo. De gemiddelde fosfaat onttrekking (berekend via de KringloopWijzer) komt op 79,4 kilo per hectare. De spreiding in ontrekking tussen de bedrijven varieert van 45,6 kilo tot 122,8 kilo fosfaat per hectare.
Overschot naar 0
De bedrijven met BEP winst hebben een duidelijk lager overschot van fosfaat. Het nieuwe mestbeleid is ingericht op evenwichtsbemesting . Dat betekent dat het fosfaatoverschot per ha gemiddeld naar 0 moet.
Driekwart van de deelnemende bedrijven hebben in 2013 geen voordeel kunnen halen met BEP in vergelijking met de generieke norm. Bedrijven die winst halen met de BEP realiseren over het algemeen ook een hogere berekende drogestof opbrengst van grasland.
Verschil gras en maïsland
Hoge drogestofopbrengsten van grasland hebben een sterker effect op een positieve BEP dan hoge drogestofopbrengsten van maïsland. De gemiddelde drogestofopbrengst van gras- en maïsland van de deelnemende bedrijven komt op 11.5 ton drogestof per hectare, met een spreiding tussen de 5,9 ton en 18,3 ton drogestof per hectare.
Nauwkeuriger
De kringloopwijzer berekent de drogestofopbrengst. Volgens Bas Bassa komen er in de praktijk op individuele bedrijven wel eens wat verschillen voor tussen de gemeten en de berekende drogestofopbrengst. Hij sluit niet uit dat het model waar de kringloopwijzer mee rekent, in de toekomst nog wel wat zal worden aangepast. Hoe meer veehouders de drogestofopbrengst meten, hoe nauwkeuriger het model gemaakt kan worden.