Voorjaarskuilen zijn 'suikerbommetjes'
Door het relatief koele maar zonige weer in april en begin mei zag Eurofins al extreem hoge suiker gehaltes in het verse gras. Dat beeld is terug te zien in de eerste voorjaarskuilen van dit jaar die vooral in de eerste twee weken van mei gemaakt zijn. Door het hoge suikergehalte is er wel sneller kans op broei omdat suikers een voedingsbron zijn voor gisten en schimmels.
Beter verteerbaar
Eurofins ziet dat het gras van de voorjaarskuilen over het algemeen vrij jong gemaaid is. Het eiwitgehalte was niet hoog door het koele weer en de grasgroei was laag vanwege de droogte. Hierdoor is de verteerbaarheid en voederwaarde van de eerste snede een stuk hoger dan andere jaren. Verder komt dit ook tot uiting in een lager aandeel celwanden, met een gemiddeld NDF gehalte van 427 gram per kilogram, ten opzichte van het langjarig gemiddelde van 473 gram per kilogram. Ook de verteerbaarheid van NDF ligt behoorlijk hoger dan het langjarig gemiddelde, 77,4 procent tegen 74,0 procent gemiddeld.
De kuilen zijn over het algemeen goed geconserveerd met een gemiddeld droge stof gehalte van 42,6 procent en een pH van 4,8.
Voldoende structuur
Door de combinatie van hoge verteerbaarheid en suikers met een lager aandeel celwanden, is het volgens Eurofins belangrijk om ervoor te zorgen dat er voldoende structuur in het rantsoen zit. Voldoende structuur in het rantsoen voorkomt pensverzuring en zorgt ervoor dat de hoge voederwaarde van de eerste snede ook optimaal benut kan worden.
Gemiddelden voorjaarskuilen
2022 | Langjarig gemiddelde | |
Droge stof (g/kg) | 425 | 436 |
pH | 4,8 | 4,8 |
DVE (g/kg ds) | 67 | 63 |
Suiker (g/kg ds) | 129 | 88 |
VEM | 984 | 930 |
VCOS (%) | 82 | 78,2 |
RE totaal (g/kg ds) | 165 | 173 |
NDF (g/kg ds) | 427 | 473 |
ADF (g/kg ds) | 239 | 266 |
Broeigevoeligheid | 28 | 29 |
Conserveringsindex | 87 | 86 |