Veehouder wint zaak mestboete
Volgens de rechter mag een boete wegens overschrijding van de gebruiksnormen alleen gebaseerd worden op de werkelijk gebruikte meststoffen, en niet op berekende gebruikte meststoffen.
Dat meldt Peter Houtsma van Houtsma Bedrijfsadvies in Deventer, het bureau dat namens de veehouder de procedure voerde. De uitspraak kan mogelijk verstrekkende gevolgen hebben voor andere boeren die hier ook mee geconfronteerd worden, denkt de adviseur. „Ik ben heel benieuwd hoe Dienst Regelingen hiermee omgaat."
Laag stikstofgehalte
De mest die de veehouder had afgevoerd, bevatte een wat lagere hoeveelheid fosfaat dan normaal en een vrij laag stikstofgehalte, aldus Houtsma. De Dienst Regelingen (DR) had echter op basis van de begin- en eindvoorraad en de gebruikte hoeveelheid berekend dat de mest van de veehouder een extreem hoge hoeveelheid stikstof moest bevatten, en concludeerde dat de rest van de stikstof dus op het land was aangewend waardoor de normen waren overschreden.
Vervluchtigd
Volgens Houtsma was het stikstofgehalte in de mest gedaald doordat de ammoniak was vervluchtigd gedurende de opslagperiode en door het mixen. De rechter is niet zo ver gegaan om het aspect van verluchtiging te erkennen, zegt Houtsma.
Wel vond de rechter op basis van een vergelijking van de geproduceerde meststoffen, de afgevoerde meststoffen en de meststoffen op de begin- en eindbalans de berekende samenstelling van de aangewende meststoffen zo ongeloofwaardig dat hij de overschrijding niet geloofde.
Niet-bestaande meststof
Houtsma: „Namens de veehouder hebben wij met succes betoogd dat beboeten op basis van een niet-bestaande meststof in strijd is met artikel 7 van de Meststoffenwet. De rechter deelde ons standpunt dat alleen de werkelijk gebruikte meststoffen mogen leiden tot een boete wegens overschrijding van de gebruiksnormen."
Het beroep werd gegrond verklaard en de boete van 1.000 euro werd vernietigd.