‘Halve veestapel dood door botulisme’
Rechts op de foto staat een van zijn topkoeien, de derdekalfs Jaantje 471, en links de vaars Jaantje J1. Korver heeft nu nog vijftien koeien buiten lopen. Ongeveer evenveel staan droog. De koeien die nu nog aan de melk zijn, geven niet nog niet veel, maar Korver is al lang blij dat ze weer geven en dat ze weer tochtig en drachtig willen worden. Hij heeft ruim een half jaar geen melk geleverd.
Digestaat
Korver vertelt dat hij voorheen altijd varkensmest aanvoerde voor zijn grasland. Maar nadat dat leidde tot een salmonellabesmetting bij één van zijn koeien, stapte de fokker over op digestaat. „Ik wilde geen risico lopen en het restproduct uit mestvergistingsinstallaties zou 100 procent bacterievrij zijn."
Hij voerde in augustus 2011 digestaat aan. In de daaropvolgende winter werden steeds meer koeien ziek. Ze werden mager en gaven steeds minder melk. Uiteindelijk raakten ze verlamd aan de achterhand en moest de veearts ze euthanaseren, vertelt hij.
Leverbot
Eerst werd gedacht aan leverbot; uit mestonderzoek bleek dat er inderdaad sprake was van een leverbotbesmetting. Maar achteraf beschouwd was die maar relatief gering, blikt Korver terug.
Noch de GD, noch de faculteit Diergeneeskunde van de Utrechtse universiteit kregen er een vinger achter wat het precies was, zegt hij. „Tot dat we zelf verleden jaar een KRO-reportage zagen over de gevolgen van digestaat in Duitsland en wat er kan gebeuren als er allerlei afvalstromen illegaal worden meevergist."
Slachtafval
Definitief bewijs heeft hij niet, maar voor de fokker staat het voor 99 procent vast dat er (illegaal) slachtafval is verwerkt in de vergister en dat dat heeft geleid tot chronisch botulisme bij zijn koeien. De botulisme-bacterie gedijt op rottend vlees en vooral bij vochtige, warme omstandigheden. „En ook al loopt de temperatuur in de vergister op tot 70 graden, de botulisme-bacterie kan sporen vormen die dat overleven, en die dan later onder gunstige omstandigheden weer tot leven komen."
De GD liet eerder in een artikel in Agraaf weten geen aanwijzingen te hebben dat de ziekte, die in Duitsland chronisch botulisme wordt genoemd, ook in Nederland voorkomt.
Weiden gaat goed
De bacterie zit in de bodem. Daardoor gaat het weiden van koeien relatief goed, weet hij. Echter, bij het inkuilen wordt het gras korter afgemaaid en kan er ook grond mee de kuil in komen. Op die manier heeft hij ook een paar pinken verloren, schetst hij.
Korver heeft het vee wel laten enten tegen botulisme, maar die entstof werkt volgens hem vooral tegen twee varianten van acuut botulisme, en niet tegen de derde, chronische variant die volgens Korver de boosdoener is.
Sinds juli weer leveren
Uiteindelijk heeft de besmetting hem 38 dieren gekost, vooral melkkoeien en een paar pinken. Van de dertig koeien die hij nog over heeft, kan hij sinds juli weer melk leveren. „Al geven ze nog maar de helft, want ze hebben anderhalf jaar geleden gekalfd." Vanaf februari, maart krijgt hij pas weer kalfkoeien.
Bekijk hier de door Korver genoemde KRO-reportage De Biogas Beerput (KRO Reporter, 16 november 2012).
Klik hier voor een reportage van de Duitse zender WDR over chronisch botulisme.
Tekst: Gineke Mons
Gineke Mons (1970) groeide op op een biologisch melkveebedrijf in Gelderland. Na haar studie journalistiek werkte ze 13 jaar bij het Agrarisch Dagblad. Sinds 2008 is ze freelance (landbouw)journalist, met het accent op veehouderij en diergezondheid.
Beeld: Hilbrand Korver, Gerard Burgers