Melkveehouderij grootste sector in Overijssel

Daarnaast zijn vleesvee- en andere dierenbedrijven (met name varkens) goed voor elk ongeveer 19 procent.
In Overijssel zorgt de landbouw voor 4,1 procent van de werkgelegenheid. Dat is bijna anderhalf procent hoger dan het landelijk gemiddelde, zo valt uit de cijfers op te maken.
Het aantal Overijsselse akkerbouwbedrijven neemt snel in omvang af. Sinds 2007 was er een daling met een derde van het totaal. De omvang van de resterende bedrijven is met gemiddeld 20 procent gestegen.
Betere perspectieven
Omdat melkveebedrijven betere perspectieven hebben door de gunstige melkprijzen en de extra mogelijkheden door het naderende einde van het melkquotum, is hier de bedrijfsopvolging minder een probleem. Zo’n 85 procent van de veebedrijven vindt een opvolger. Dit hoge overnamepercentage verklaart voor een deel de veel minder snelle daling van het aantal melkveebedrijven vergeleken met akkerbouwbedrijven.
De tijd dat in Overijssel het aloude gemengde bedrijf de regel was, is inmiddels volledig voorbij. Slechts op 3 procent van alle agrarische bedrijven in deze provincie worden nu nog dieren gehouden in combinatie met akker- of tuinbouw (met name vollegrondsteelt).
Tekst: Lauk Bouhuijzen
Beeld: Susan Rexwinkel