Belgische zuivelaar failliet, meer problemen verwacht
In het boekjaar 2020 werd een omzet gedraaid van 12,2 miljoen euro, maar ook een bedrijfsverlies van 1,8 miljoen euro. Dit kwam bovenop de 2 miljoen euro verlies die het bedrijf eerder al maakte. De Hollebeekhoeve werd in 2016 in de Quirynen groep geïntegreerd. Vervolgens werd volop geïnvesteerd in de zuiveltak, vooral op het vlak van duurzaamheid. Ook werd een nieuwe koeienstal gebouwd die rechtstreeks in verbinding staat met de nieuwe melkerij. Volgens Belgische media vormden de daarmee gepaard gaande zware investeringen een molensteen om de nek. Dit in combinatie met fors gestegen energie- en andere productiekosten werd het bedrijf te veel. Het bedrijf telt 25 werknemers.
De Hollebeekhoeve verwerkt jaarlijks circa 11 miljoen liter melk van zusterbedrijf Quirynen Dairy Farming tot boerderijmelk, yoghurt, room en vers ijs. De twee curatoren verwachten dat zich snel een kandidaat-overnemer meldt voor de Hollebeekhoeve. De koeien vertoeven zowel op het bedrijf in Kruibeke als Merksplas, pal over de grens bij het Noord-Brabantse Baarle-Nassau. Quirynen Dairy Farming telt volgens haar eigen website circa 5 000 stuks melkvee en vleeskalveren.
Quirynen Groep
De Quirynen Groep is een groep landbouwgerelateerde bedrijven van de gebroeders Frank en Bart Quirynen en neef Jimmy Quirynen. Onder de groep vallen: Quirynen Dairy Farming (melkvee en vleeskalveren), Quirynen Agri Farming (teelt en loonwerk van groenten en voedergewassen), Quirynen Energy Farming (biogas) de Hollebeekhoeve (zuivelverwerking in Kruibeke), brasserie de Bosduif en mestverwerker Fertikal. Naast familieleden werken bij de groep circa 135 werknemers, waarvan 25 bij de Hollebeekhoeve. In februari 2021 kwam het bedrijf van de familie Quirynen in opspraak vanwege mestfraude.
Meer problemen
In een reactie stelt de Belgische Confederatie van de Zuivelindustrie (BCZ) dat het faillissement van de Hollebeekhoeve geen alleenstaand geval is. Volgens BCZ-woordvoerder Renaat Debergh schrijven de meeste producenten van consumptiemelk momenteel rode cijfers. Als oorzaak verwijst hij daarbij naar de fors gestegen productiekosten per liter melk. Deze stijgen in één jaar met 22 cent (+40 procent). In de prijsonderhandelingen met winkelketens in oktober kregen de zuivelaars slechts 4 cent per liter extra. Vervolgens stegen de kosten explosief. BCZ stelt dat de winkelketens weigeren de contracten, die ze betitelt als wurgcontracten, te heronderhandelen. De nieuwe prijscontracten gaan pas 1 juni in. Volgens BCZ zou dat voor een aantal bedrijven weleens te laat kunnen zijn. Bovendien verwacht Debergh dat het einde van de prijsstijgingen nog niet in zicht is en dat de reële melkprijs stilaan richting 50 cent per liter gaat.