Noodhulp van Nederlandse boeren voor Oekraïne

Het is een heel spontane actie geworden, zegt Johan Kruijthoff, één van de initiatiefnemers. De akkerbouwer en vennoot in akkerbouwbedrijf Novifarm uit Mijnsheerenland (ZH) heeft wereldwijd veel vrienden, en één daarvan is Kees Huizinga die al sinds 2003 een akkerbouw- en melkveebedrijf runt in Kischenci, circa 600 km van de oostgrens van Oekraïne. Hij houdt daar 2.000 koeien en hij teelt onder meer tarwe, gerst en suikerbieten. „Vijftien weken geleden was hij nog in Nederland, we hebben veel contact met hem.”

Ook op een andere manier is Kruijthoff geraakt door de oorlog in Oekraïne. Hij runt samen met een Pool een landbouwmechanisatiebedrijf in Polen waar naast Polen ook Oekraïners werken. „Je hoort die verhalen, en we vonden dat we iets moesten doen.”

Samen met zijn goede vriend Wilfried, die een transportbedrijf heeft, is de inzamelingsactie in heel korte tijd opgezet. „Wilfried stuurt een vrachtwagen naar Kees Huizinga die nog in Oekraïne zit, en van daaruit worden de spullen verdeeld over het land.” Er wordt een tussenstop gemaakt op het Poolse bedrijf van Novifarm, in de buurt van Wroclaw. „Daar gaan we eerst herverdelen. Bepaalde spullen, zoals slaapzakken, kunnen de Oekraïense vluchtelingen wellicht heel goed gebruiken, andere goederen, zoals noodaggregaten, gaan door naar Kees.”

Hoeveel goederen er binnen gaan komen? Kruijthoff heeft geen idee. De eerste spullen stonden vanmorgen al vroeg bij hem voor de deur. „We verwachten in ieder geval wel één vrachtwagen vol te krijgen. Maar het liefste willen we dit elke week gaan doen: ieder weekend inzamelen en dan die kant op rijden. De mensen daar hebben onze hulp hard nodig.”

Vluchtelingenstroom

Wat de situatie aan de Oekraïense grens zal zijn, is enigszins afwachten. Ze hebben verschillende routes bedacht. „Via Lviv de grens over zal lastig worden, omdat daar een grote vluchtelingenstroom staat.” Het land inrijden via Roemenië lijkt hen nog de beste route. Daar is ook de vrouw van Kees die inmiddels met haar kinderen het land uit is gevlucht. „Zo lang er nog Oekraïense soldaten bij de grens staan, moet het lukken om binnen te komen met hulpgoederen. Maar als daar straks misschien Russische soldaten staan, gaat het lastig worden. Maar we gaan door!”

Na één dag inzamelen in Mijnsheerenland: