Te vroeg geoogste maïs bevat aanmerkelijk minder zetmeel
Groeikracht doet samen met vier aangesloten loonwerkers metingen tijdens de oogst van snijmaïs op zo'n 1.300 hectare in de achterhoek. Uit die metingen bleek dat de gemiddelde opbrengst van 44,5 ton snijmaïs per hectare gemiddeld is voor de afgelopen vijf jaar. Wel was het afgelopen jaar de kwaliteit beter. Met name het zetmeelgehalte was hoger dan gemiddeld en kwam uit op 410 gram zetmeel per kilogram droge stof. De hoeveelheid VEM in snijmaïs kwam uit op 993 gram per kilogram droge stof.
De boeren die voor 1 oktober hakselden moesten echter flink inleveren op het zetmeelgehalte. Gemiddeld kwam het zetmeelgehalte van de percelen voor 1 oktober gehakseld uit op 380 gram per kilogram droge stof. Dat is 30 gram minder dan gemiddeld. Gerard Abbink van Groeikracht: „De boeren die geen onderzaai hadden en die zich aan de regels hebben gehouden, zijn daar de dupe van geworden. Spelregels waren vooraf duidelijk en die zijn een dag van te voren veranderd. Ik verwacht dat we hier volgend jaar weer tegenaan gaan lopen want dit jaar was een gemiddeld maïsjaar qua afrijping. Het is heel normaal dat de maïs pas eind oktober afgerijpt is.”
Bekijk hieronder de grafiek voor het verloop van het zetmeelgehalte.
Meer MKS geoogst
Uit de data van Groeikracht bleek ook dat er afgelopen jaar twee keer zoveel MKS is geoogst dan het jaar ervoor. Het areaal MKS is verdubbeld naar 15 procent van het totaal. Volgens Abbink komt dit doordat veel melkveehouders weer een iets ruimere ruwvoerpositie hebben gekregen en op deze manier meer gras in het rantsoen willen voeren om zo op eiwitaankopen te besparen. De gemiddelde opbrengst bij MKS was 19,4 ton per hectare met 56 procent droge stof, 1176 VEM en 615 zetmeel.