Video: Jury licht finale Topkuil toe
Om uit te maken wie van de vier melkveehouders tot winnaar gekroond zou worden, voerde de jury een vraaggesprek met iedere finalist om er achter te komen hoe het management achter deze topkuilen in elkaar steekt. De managementvaardigheden in combinatie met de omstandigheden op het bedrijf gaf de jury voldoende inzicht om de winnaar aan te wijzen.
De jury bezocht de volgende vier bedrijven:
Harry Driessen,Lengel
Harry boert op redelijk zware kleigrond. Hij is voorzichtig met de bodem en bemest bijvoorbeeld met de sleepslang. Maakt afspraken met loonwerker om nodeloos rijden over zijn percelen te voorkomen. Bemest naar de snede die er af moet komen en maait ook op het moment als de hoeveelheid er staat. Maait ’s middags om er zoveel mogelijk suikers in te krijgen. Had dit jaar na de eerste zware snede veel Veldbeemd in zijn perceel en wist dat met strak beweiden er weer uit te krijgen. Hij kuilt het liefst wat droger in. Zijn motto: ‘Water kunnen de koeien uit de waterbak drinken.’
Hans Janssen, Groesbeek
Hans is de jongste van de vier finalisten, maar een hele actieve. Hij doet veel samen in studieclubs en organiseerde het afgelopen jaar bijvoorbeeld een kunstmeststrooiertest. En de verkregen kennis past hij direct toe. Zijn huidige kunstmestleverancier verliest komend jaar een klant. Hans is bewust bezig met kringlooplandbouw en boert op vrij schrale grond: löss op leem met daartussen zandkoppen. Om meer organische stof in de bodem te krijgen, gebruikt hij koolzaadstro in de boxen. Om deze verrijking van de bodem bovenin te houden, ploegt hij het land al jaren niet meer. Hij is de afgelopen jaren overgestapt van diploïde mengsels naar tetraploïde omdat de zode te hol werd en er teveel onkruid in kwam. Hij kuilt het liefst in de ochtend in.
Jan Leenaars, Hooge Zwaluwe
Jan had meerdere kuilen aangemeld die allemaal hoog scoorden binnen Topkuil 2012. Hij boert op kleigrond van klei op veen tot zanderige klei. Het is ijzerhoudende grond. Om de bewerkbaarheid op zijn zwaarste percelen te verbeteren gebruikt hij compost in de boxen. Op die zwaardere percelen zaait hij structuurgras in in combinatie met rode klaver. Hij begint om 10 uur met maaien en schudt zijn gras meestal niet. Zijn koeien stonden de afgelopen twee jaren jaarrond op stal, omdat het te nat was.
Tjeerd Dijkstra, Oldetrijne
‘Dit is zoals het kan, niet zoals het moet.’ Met die woorden gaf Tjeerd een rondleiding over zijn bedrijf. Zijn erf mag dan niet helemaal spik en span zijn, dat doet niets af aan zijn prestatie. En zijn Topkuil is ook geen toevalstreffer. BLGG bekeek de eerdere kuilen van Tjeerd en die van vorig jaar zou ook de maximale score hebben gehaald. Hij is zuinig op zijn bodem die bestaat uit veen en zandgrond, maar daar zit ook nog knipklei tussen. Tjeerd scheurt zijn percelen niet, maar teelt zijn mais in rotatie met gras en vernieuwd zo jaarlijks 5 procent van zijn grasland. Hij boert vrij intensief en wil het maximale van zijn grond halen. Hij stuurt met zijn bemesting op groeidagen en maait na vijf tot zes weken, ongeacht hoeveel er op staat. Hij begint ’s middags met maaien om zoveel mogelijk suikers te pakken. En hij laat alles hakselen om zo meer tijd over te hebben om de kuil goed af te dichten.
Vier veehouders, vier topkuilen
Alle vier de finalisten proberen zoveel mogelijk kennis te verzamelen door een uitgebreide kuilmonstername uit te laten voeren. Alle finalisten stellen een bemestingsplan op en handelen daar ook naar en sturen tussentijds bij. Ze hanteren allemaal een maaistrategie, weliswaar verschillend, maar bemesten daar naar. Ze zijn ook alle vier beducht voor structuurschade aan de bodem en bepalen zelf hoe de loonwerker te werk moet gaan. Gaat een loonwerker daar niet in mee dan zoeken ze een andere oplossing. De veldperiode duurt bij alle vier melkveehouders maximaal 2 velddagen en ze sturen op een drogestof-percentage van maximaal 40-45 procent. Geen van allen boert op makkelijke grond en is bewust met rassenkeuze bezig.
Parate kennis
Maar de jury zag ook verschillen. Verschillen die bepalend zijn of je op plek 4, 3, 2 of tot winnaar wordt gekozen. De jury heeft uiteindelijk gekozen voor de melkveehouder die meer dan de anderen stuurt op cijfers. De melkveehouder die alle kennis paraat had. Die op iedere vraag van de jury een gedegen antwoord gaf, waaruit bleek dat er over iedere stap om tot een goede graskuil te komen is nagedacht. De jury kiest voor de melkveehouder die door de specifieke omstandigheden van het afgelopen voorjaar de grootste prestatie moest leveren om tot een goede kuil te komen. Kortom, de jury kiest voor de melkveehouder die de beste kuil wist te produceren op de moeilijkste grond.