Zwavelbemesting in grasklaver: flink meer opbrengst en hoger eiwitgehalte
Tijdens de proef werden verschillende stroken gras klaver op twee manieren bemest. Een deel kreeg alleen 20 ton drijfmest voor de eerste snede en 17,5 ton drijfmest voor de tweede snede. Een ander deel kreeg dezelfde hoeveelheid drijfmest maar voor de eerste snede werd een aanvullende mestgift gedaan met 200 kilo Polysulphate, een zwavelrijke meststof.
De stroken die alleen bemest werden met drijfmest leverden in twee sneden gemiddeld 6,7 ton droge stof aan gras met 14,6 procent ruw eiwit. De stroken met de extra zwavelbemesting leverden 7,4 ton droge stof met 16 procent ruw eiwit.
Polysulphate is een meststof van biologische oorsprong en daarom toegelaten in de biologische landbouw. Het bevat naast 48 procent minerale zwavel ook 14 procent kalium, 6 procent magnesium, 17 procent calcium en sporenelementen.
'Niet eenzijdig zwavel'
Ruwvoeradviseur Gerard Abbink van Groeikracht begeleidde de proef. Hij zag duidelijk een effect van de minerale zwavel in de meststof die werd toegediend. „We hebben ook velden liggen waar geen zwavel is bemest maar wel andere elementen als kalium, magnesium en calcium, maar daar zien we de effect beduidend minder. Het mooie van deze meststof is dat je niet eenzijdig zwavel toedient maar ook tegelijk een aantal andere elementen. Daarmee breng je de verhouding van elementen minder snel uit evenwicht.
Volgens Abbink zijn er verschillende zwavelmeststoffen op de markt die goed beschikbaar komen voor de plant. Er zit volgens hem wel verschil in de effectiviteit tussen de meststoffen. Hij wil geen uitspraken doen over hoe Polysulphate zich verhoudt met andere meststoffen, maar geeft aan dat deze zwavelvorm wel goed presteert, zeker als het gaat om de toegestane meststoffen in de biologische landbouw.