Lactalis nieuwe aanvoerder Global Dairy Top 20

Lactalis is eigendom van de Franse familie Besnier. De onderneming werd in 1933 opgericht door André Besnier. Sinds 2000 staat zijn nu 51-jarige kleinzoon Emmanuel Besnier aan het roer. Samen met broer Jean-Michel en zus Marie bestiert hij het zuivelconcern.

Emmanuel – volgens zakenblad Forbes goed voor een vermogen van 19,7 miljard dollar – heeft de bijnaam 'de onzichtbare miljardair'. De familie Besnier resideert in een kasteel in het plaatsje Laval in het Westen van Frankrijk en zoekt de spotlights bepaald niet op. Een van de weinige keren dat Emmanuel Besnier in het openbaar verschijnt, is wanneer hij deelneemt aan de vergaderingen van de directie van de plaatselijke voetbalclub, die hij jaarlijks met 2 ton sponsort. De Lactalis-CEO heeft ook een privé-skybox – met getinte ramen – in het Francis-le-Basser voetbalstadion in Laval.

Groei door overnames

Zakelijk gezien timmert Lactalis wél behoorlijk aan de weg. De focus ligt op groei; zowel autonoom als door fusies en overnames. Lactalis zoekt met name sterke merken met een goede vertegenwoordiging op de Europese en wereldmarkt.

Sinds 2010 heeft Lactalis zo'n twintig deals weten te sluiten. De onderneming heeft daardoor een stevige poot aan de grond weten te krijgen in onder meer het Midden-Oosten, Afrika en Noord- en Zuid-Amerika.

Eind 2017 kwam Lactalis wel negatief in het nieuws door een salmonellavervuiling in babymelkpoeder; tientallen Franse baby's werden daardoor ziek. De Franse regering kondigde daarop een massale terugroepactie aan van Lactalis-poedermelk uit binnen- en buitenland.

Bel Leerdammer

Op dit moment is de Franse zuivelreus bezig om de kaastak van Kraft Heinz over te nemen, alsmede het Nederlands-Franse merk Bel Leerdammer van de Groupe Bel. Het Leerdammer-merk is – inclusief de verkoopkantoren in Duitsland en Italië en de activiteiten van Bel Shostka – goed voor een omzet van pakweg 2,5 miljard euro. Daarmee zal Lactalis haar leidende positie op de wereldzuivelranglijst volgend jaar nog verder versterken, verwacht de Rabobank.

Sinds 2000 is de omzet van het familiebedrijf met meer dan 370 procent gestegen. In het jaar 2000 stond Lactalis nog slechts op de negende plaats op de Rabo-ranglijst, met een omzet van 4,8 miljard dollar. Daarmee zou de onderneming vandaag de dag nog niet eens de top-20 halen.

Nestlé en DFA

Nestlé is dus een plaatsje gezakt op de omzetranglijst. Dat heeft onder meer te maken met de verkoop van de Amerikaanse roomijstak aan Froneri. Niettemin is de zuivelomzet van het Zwitserse concern met 18,2 miljard euro nog steeds 60 procent hoger dan aan het begin van deze eeuw.

De Dairy Farmers of America, de grootste zuivelcoöperatie van de VS, blijft staan op de derde plaats, met een omzet van 16,6 miljard euro. In 2019 schoof de DFA het Franse Danone van de vierde plaats dankzij de overname van Dean Foods. Beide bedrijven rapporteerden teruglopende zuivelverkopen in 2020. DFA heeft enkele activa en melkvolumes afgestoten na de overname van Dean Foods. Danone (omzet 15,2 miljard) had last van tegenwind op de markt voor babymelkpoeder, meldt de Rabobank.

Yili

De Chinese reus Yili blijft staan op plek vijf. Daar was Yili vorig jaar naar toe geklommen dankzij de overname van de Nieuw-Zeelandse coöperatie Westland, waardoor de verkoop met twintig procent toenam. Yili komt in 2021 op een jaaromzet van 12,1 miljard euro, maar wordt nauw op de hielen gezeten door het Nieuw-Zeelandse Fonterra, met 11,9 miljard euro.

FrieslandCampina en Arla Foods

Op plaats zeven en acht vinden we respectievelijk FrieslandCampina en Arla Foods. De beide bedrijven liggen qua omzet maar een half miljard uit elkaar. FrieslandCampina noteert in 2021 11,1 miljard euro; het Deens-Zweedse Arla 10,6 miljard.

Arla is volgens de Rabobank de enige Europese zuivelaar in de top-20 die een omzetstijging heeft weten te realiseren, en wel van 1,1 procent. Dit heeft de onderneming te danken aan een sterke merkpositie in retail, waardoor Arla ondanks de corona toch goed wist te presteren.

FrieslandCampina daarentegen zag haar omzet met 1,4 procent teruglopen. Dat is te wijten aan ongunstige wisselkoersen, geopolitieke spanningen in Hongkong en de kosten die verband houden met een stevige interne herstructurering. Volgend jaar komen daar ook de effecten nog bij van het afstoten van de melkpoederfabriek in het Belgische Aalter, en de verkoop van Nutrifeed en de Russische Campina-activiteiten. Niettemin wist FrieslandCampina de zevende positie op de wereldranglijst te behouden. Arla Foods steeg van plek negen naar plek acht.

Mengiu en Saputo

Het Chinese Mengiu en het Canadese Saputo sluiten de top-tien af. Mengiu viel een plaats terug. De acquisitie van Bellamy's (Australisch bedrijf in biologische kindervoeding) was onvoldoende om de omzetterugval door desinvesteringen en covid-perikelen te compenseren.

Saputo behoudt de tiende plaats, die het vorig jaar veroverde middels de overname van de Britse Dairy Crest Group. Saputo heeft recent nog twee strategische overnames aangekondigd: van de Schotse kaasproducent Bute Island Foods en van het Amerikaanse Wisconsin Specialty Protein, dat zich toelegt op weiproducten en andere ingrediënten met toegevoegde waarde.

Bekijk hier de complete Global Dairy Top 20. (In het Engels.)