Klimaatrapport verlegt focus naar methaan maar rekent niet met koolstofcyclus
Hoewel koeien methaan uitstoten, is het vooral het gebruik van fossiele brandstof en vrijkomende methaan bij het ontdooien van permafrost, en ook bijvoorbeeld moerasgebieden als veengronden, dat bijdraagt aan klimaatverandering, zo blijkt het het klimaatrapport van IPCC (Intergovernmental Panel on Climate Change).
De boodschap van het opzienbarende rapport is duidelijk: ‘Landen moeten de uitstoot van methaan sterk, snel en blijvend verminderen, naast het terugdringen van de CO2-uitstoot. Persbureau Reuters verwacht dat deze boodschap zou kunnen leiden dat landen moeten kiezen voor aardgas als een schoner alternatief voor CO2-belastende steenkool. Het zou ook problemen kunnen opleveren voor landen waar landbouw en veeteelt, met name rundveehouderijen, belangrijke sectoren zijn. Voor Nederland kan dit betekenen dat ons land niet van het aardgas af moet gaan als dit leidt tot meer steenkoolopgewekte elektriciteit, verdere elektrificering van het verkeer, aanpak van veenweidegebieden en natuurlijk reductie van methaan uit de veehouderij.
Biogene koolstofcyclus
Met name de rundveehouderij kan wereldwijd, en ook in Nederland, bijdragen aan vermindering van methaan in de atmosfeer en daarmee de klimaatverandering tegengaan. Als de methaanuitstoot door techniek en vermindering van de rundveestapel gereduceerd wordt, heeft dit een snel effect op het broeikasgaseffect. Het IPCC-rapport rept echter met geen woord over de biogene koolstofcyclus, zoals onderzocht door de universiteit van Oxford en Californië (professor Frank Mitloehner). Zeg maar het methaan dat door dieren wordt uitgestoten, dat na 10 tot 12 jaar in CO2 transformeert en vervolgens weer opgenomen wordt door planten, die op hun beurt weer dienen als veevoer voor runderen en andere landbouwhuisdieren. Deze cyclus bestaat al eeuwenlang en zolang de wereldwijde rundveestapel niet toeneemt, is er geen additionele uitstoot van methaan.
Met andere woorden: de veehouderij draagt dan niet bij aan de klimaatverandering. Het kan echter wel een oplossing bieden door techniek, waardoor de uitstoot van de koe zelf vermindert en ook die van mest. In Californië heeft dat al geleid tot een methaanreductie van 25 procent. Methaan is een 25 keer sterker broeikasgas dan CO2. Door minder methaan uit te stoten, is het klimaateffect op de korte termijn fors. Maar in het 3949 pagina tellend rapport staat niets over de biogene koolstofcyclus. Wel dat fossiele methaan een aanzienlijke grotere bijdrage heeft op klimaatverandering door dat er cumulatief steeds meer methaan in de atmosfeer komt.
Luchtvervuiling
Het terugdringen van methaan is volgens een aantal wetenschappers, dat aan het IPCC-rapport gewerkt heeft, de grootste en snelste strategie om de opwarming van de aarde te vertragen. Er is namelijk een ander probleem aan de horizon. De gemiddelde temperatuur op aarde is nu al 1,1°C hoger dan het pre-industriële gemiddelde door de emissies uit het midden van de jaren 1800. De temperatuurstijging had volgens het rapport echter nog 0,5°C hoger kunnen zijn als de lucht niet was gevuld met vervuiling die een deel van de zonnestraling weerkaatst. Hoewel in het rapport de onmiddellijke voordelen van een vermindering van de methaanconcentratie in de atmosfeer beschrijft, zoals een betere luchtkwaliteit voor de menselijke gezondheid, waarschuwt het ook dat, naarmate de wereld afstapt van fossiele brandstoffen en de luchtverontreiniging aanpakt, de vervuiling de zon niet meer weerkaatst, waardoor de temperaturen kunnen gaan pieken. Een snelle vermindering van de methaanuitstoot kan dit effect ‘tegengaan’ en tegelijkertijd de luchtkwaliteit verbeteren.
Bijdrage methaan 30 procent
Volgens het rapport zijn methaanemissies op wereldschaal voor 30 procent verantwoordelijk voor de opwarming sinds het pre-industriële tijdperk. Nieuwe technologische ontwikkelingen en recent onderzoek wijzen er bovendien op dat methaanemissies van olie- en gasproductie, stortplaatsen en vee waarschijnlijk zijn onderschat. De uitstoot van stortplaatsen en energiebedrijven is misschien wel het gemakkelijkst aan te pakken. De EU stelt dit jaar wetten voor die olie- en gasbedrijven zullen dwingen om methaanemissies te monitoren, te rapporteren en actie te ondernemen om methaanuitstoot te verminderen. Methaan uit de landbouw is wereldwijd lastiger te verminderen, omdat er geen technologie bestaat die betaalbaar en wereldwijd inzetbaar is.
Strengere methaanregels
De Verenigde Staten zullen naar verwachting in september methaanregels onthullen. Deze zullen strenger zijn dan de regels van de regering-Obama, die vervolgens werden teruggedraaid onder voormalig president Donald Trump. De VS en de EU zijn daarnaast goed voor meer dan een derde van het wereldwijde verbruik van aardgas. Maar grote economieën zonder strenge regelgeving voor olie- en gasproductie of landbouw, zoals Brazilië en Rusland, zullen waarschijnlijk ook veel methaan uitstoten. Sommige milieugroeperingen en regeringsfunctionarissen hebben volgens Reuters aangedrongen op een wereldwijde overeenkomst over methaan, zoals het Protocol van Montreal dat de aantasting van de ozonlaag aanpakte. Zo'n overeenkomst zou kunnen beginnen met methaan uit de olie- en gasindustrie, die al over technologie beschikt om die uitstoot te beperken.
Kritiek op het rapport
Overigens is er kritiek op het recent gepubliceerde klimaatrapport. Het zou teveel uitgaan van het grootste doem- ofwel nachtmerriescenario (RCP8,5), waarbij er niets gedaan wordt aan vermindering van de broeikasgassen en de temperatuur in 2100 met 5 graden stijgt. Dat is geen realistisch scenario, omdat veel landen wel degelijk iets doen om de broeikasgassen te verminderen. Zo is Nederland, samen met andere EU-lidstaten, een van de voorlopers in de wereld als het gaat om klimaatplannen (55 procent reductie in 2030 ten opzichte van 1990) en ook de Nederlandse landbouw zal hierbij haar steentje bijdragen.
Over één weersextreem zijn de wetenschappers het grotendeels eens. Hittegolven en extreme hitte komen vaker voor en zijn intenser, ook in Europa. De link met de menselijke uitstoot van broeikasgassen is zeer waarschijnlijk. Die hitte leidt ook tot extra doden. Maar het goede nieuws is dat deze toenemende sterfte voorlopig in de schaduw staat van de afname van doden door verminderende extreme kou met misschien wel 100.000 doden minder per jaar.