Kuiluitslag binnen? Aanmelden voor de Topkuilcompetitie 2021 kan nu

Bij het aanmelden van de voorjaarskuil krijgen melkveehouders een rapportcijfer. In de ranglijst wordt dit vertaald naar een waardering: zeer goed, goed, voldoende, matig of onvoldoende. De hoogst scorende kuilen worden geselecteerd. Uiteindelijk strijden drie finalisten om de titel Topkuilwinnaar 2021.
De parameters waarop de kuilen worden beoordeeld blijven gelijk aan die van 2020. Tot vorig jaar dit de VEM, het ruw eiwit, een berekende NDF-verteringsindex, een conserveringsindex op basis van de verhouding pH en azijnzuur, en een zwavelindex op basis van de verhouding stikstof en zwavel. In 2020 is daar de verhouding DVE/OEB aan toegevoegd. Dit zegt iets over de benutting van het eiwit.
Twee formules
Dit jaar start de Topkuilcompetitie met twee formules. Dit heeft alles te maken met het verschil tussen rantsoenen met relatief veel gras versus rantsoen met een flink aandeel snijmaïs. Al jaren is het een discussiepunt of een graskuil bij beide rantsoenen hetzelfde moet zijn. In een grasrijk rantsoen is een hoog aandeel ruw eiwit niet gewenst. Bij een maïsrijk rantsoen mag dit best wat hoger. Daarom is al die jaren voor een tussenweg gekozen. Een graskuil die op alle soorten bedrijven prima past. Maar er zijn ook kuilen die goed passen in een maïsrijk rantsoen en minder goed in een grasrijk rantsoen, en andersom. Deze kuilen kregen andere jaren nog wel een goed cijfer maar behaalden niet de absolute top. Dit jaar maken deze kuilen meer kans om mee te dingen met de prijzen.
Concreet betekent het dat het gewenste aandeel ruw eiwit bij de formule voor grasrijke rantsoenen wat is verlaagd ten opzichte van de formule van 2020 en daarvoor. Het optimale ruw eiwit voor de formule die geldt voor maïsrijke rantsoenen is hoger dan de eerdere formule. Voor de goede balans is ook de verhouding DVE/OEB en de verhouding stikstof/zwavel aangepast bij de formule voor maïsrijke rantsoenen. Oftewel, in maïsrijke rantsoenen mag de OEB iets hoger zijn ten opzichte van de DVE en het aandeel stikstof iets hoger ten opzichte van het zwavelgehalte.
Hoe gaat dit in zijn werk bij het invullen van de competitie? Verandert er nog iets? Nee. Al jaren vullen de deelnemers de verhouding gras, maïs en overige bijproducten van rantsoen in. Aan de hand daarvan beoordeelt het systeem welke formule voor de betreffende kuil nodig is. De grens ligt op 25 procent snijmaïs op droge stof-basis.
Studieclubcompetitie
Naast de individuele competitie, kunnen veehouders ook deelnemen aan de studieclubcompetitie en de provinciale competitie. Meedoen binnen de studieclubcompetitie werkt op dezelfde manier als bij een individuele aanmelding. Alleen vul je als deelnemer dan ook de gegevens in van de studieclub op het aanmeldformulier. Als minimaal vier deelnemers zich hebben aangemeld, berekent de jury de score op basis van de individuele Topkuilscores. De vier studieclubs met de hoogste score krijgen een nominatie voor de finale en dingen mee naar de prijzen. In de praktijk blijkt dat er van veel studieclubs maar twee of drie aanmeldingen zijn. Daarom roept Topkuil op om ook de studieclubgenoten aan te moedigen dat ook zij hun kuil gaan aanmelden.
Bij het invullen van de kuil kunnen veehouders ook aangeven in welke provincie ze wonen. Op Topkuil.nl kan men vervolgens via een button de ranglijst per provincie bekijken.
Deelnemen
Ook dit jaar hoopt de jury dat weer een grote groep deelnemers meedoet aan de competitie. Om deelname verder te stimuleren stellen de partners weer mooie prijzen beschikbaar.